Avontuurlijk wandelen in de Belgische Ardennen (tweede editie 2012)

July 24, 2017 | Author: Gert Sonck | Category: Forests, Road, Trees, Nature
Share Embed Donate


Short Description

Deze wandelgids richt zich tot de sportieve wandelaar die ervan houdt om in de Ardennen de moeilijkst toegankelijke plaa...

Description

Deze gids bevat twaalf originele wandelingen in Zuid-België en richt zich naar de sportieve wandelaar die zich graag buiten de platgetreden paden begeeft. De wandelingen zijn het resultaat van een jarenlange verkenning op het terrein en van ontelbare uren gepuzzel op topografische kaarten. Een maximale inspanning werd verricht om de tochten zo ver mogelijk van de bewoonde wereld te laten lopen en om verrassende en verborgen plekjes op te zoeken. De voorgestelde wandelingen lopen langs spectaculaire uitzichtpunten, waarvan sommige bekende klassiekers zijn en andere dan weer weinig bekend. De tochten lopen bijna uitsluitend over onverharde wegen en bevatten passages die wat uitdagender zijn: een moeilijk vindbaar, steil of in onbruik geraakt pad, een rivier die moet doorgewaad worden of rotsen waar je langs moet. De wandelingen zijn niet gevaarlijk. Toch vereisen enkele sportievere passages oplettendheid van de wandelaar.

Avontuurlijke wandelingen in de Belgische Ardennen

Avontuurlijke wandelingen in de Belgische Ardennen

De voorgestelde wandelingen in deze gids zijn slechts tochtsuggesties waaraan geen enkel doorgangsrecht kan verbonden worden. Ten allen tijde dient de wettelijke toegankelijkheidsreglementering op het terrein te worden gerespecteerd. De gebruiker van de gids is zelf volledig verantwoordelijk voor de veiligheid en de wettelijkheid van zijn gedrag en kan op geen enkele wijze de auteur van de gids aansprakelijk stellen voor gebeurlijke ongevallen op de wandelingen of voor onjuistheden in de verstrekte informatie. Deze gids richt zich naar wandelaars met ervaring op moeilijker terrein. Af en toe vraagt een sportievere passage oplettendheid van de wandelaar en de oriëntatie is soms minder evident. Soms is de doorgang moeilijk door begroeiing, terreingesteldheid of omgevallen bomen. Verder dient er rekening mee gehouden te worden dat de weersomstandigheden de moeilijkheidsgraad en het risico van een tocht sterk kunnen beïnvloeden.

tweede editie, eerste druk © 2012 Uitgegeven in eigen beheer Gert Sonck, België www.avontuurlijkwandelen.be

1

Boninne: Naar de rotsen van Marche-les-Dames

2

Botassart: Het graf van de reus

14

3

Falmignoul: Hoog boven de Maas

21

4

Filly: De oostelijke Ourthe

27

5

Herbeumont: Het graf van de ridder

33

6

Lacuisine: Uitzichtpunten langs de Semois

39

7

Membre-sur-Semois: Le Jambon de la Semois

45

8

Nadrin: De rotsen van le Hérou

52

9

Nismes: De Calestienne

57

7

10 Yvoir: De oude spoorlijn van de Bocq

66

11 Bomal: De rotsen van Sy

72

12 Hermeton-sur-Meuse: De vallei van de Hermeton

78

1

Naar de rotsen van Marche-les-Dames

LENGTE: 12 km VERTREKPUNT: Het kerkje van Boninne in de Rue de l'Eglise de Boninne, een zijstraatje van de N80, de Route de Hannut. AANDACHTSPUNTEN: Afdaling door rotskloofje, passages langs loodrechte rotswanden, enkele moeilijk vindbare paadjes TOPOGRAFISCHE KAARTEN NGI: 47/3-4 (1:20.000)

Boninne ligt op een hoog plateau, de opstap van de valleien van Samber en Maas naar Haspengouw. Het is er opvallend zacht vergeleken met het geaccidenteerde landschap bij Marche-les-Dames en met de steile Maashellingen bij Beez en Bouge. Vanop dit plateau werd de stad Namen in de loop van de geschiedenis verschillende malen aangevallen. Boninne kreeg het in beide wereldoorlogen zwaar te verduren en bij het begin van de eerste wereldoorlog werd ten noorden van het dorp het fort van Marchovelette gebouwd. De wandeling vertrekt over het plateau met enkele paden die in onbruik geraakt zijn en een pad dat dwars over een akker loopt. Door een kloofje met gladde stenen daal je af tot aan de Maas. Hier kan je eventueel de wandeling even verlaten en gaan rondneuzen in de plaatselijke jachthaven. De wandeling klimt dan stevig door het bos over een weinig gebruikt pad. Je moet dan even zoeken naar een pad dat weer afdaalt, heel steil, een touw helpt je naar beneden. Nadien gaat het omhoog naar de spectaculaire rotsen van Marche-les-Dames langs de Maas. Deze rotsen werden in 1933 het eerste geklasseerde landschap van ons land. Over een korte afstand loop je over een smal paadje vlak boven de afgrond. Hoogtevrees is hier uit den boze en tritsicherheit nodig: uitglijden kan dramatische gevolgen hebben. Bij nat weer is dit gedeelte af te raden en wordt beter uitgeweken naar een veilig pad dat hoger in het bos loopt. Via bospaden klimt de wandeling weer naar het plateau en langs gemakkelijke veldwegen terug naar het vertrekpunt. BESCHRIJVING Door velden en bossen naar de Maas Met de rug naar de kerk ga je naar links en je volgt de Rue de l'Eglise de Boninne tot op de grote baan. Je steekt over en aan de overkant ga je door of over het hek de weide in. Deze weide loop je helemaal uit en je houdt steeds rechts in de 8

1

1

weide, naast de afsluiting. Op het einde van de weide kan je via een vreemde

dat nu een rotsig kloofje wordt. In het begin moet je even afklimmen.

uitgang de weide verlaten en je komt in een wild bosje. Ga enkele meters naar

Waarschijnlijk bemoeilijken omgevallen bomen hier en daar de doorgang. Bij het

rechts, dan kan je linksaf slaan in een grachtje. Je houdt dezelfde richting aan en

einde van de kloof sta je voor een tunneltje: als je hierdoor onder de spoorweg

loopt het bosje helemaal uit. Je komt uit op een veldweg langs de bosrand. Deze

gaat en de grote weg naar links volgt, kom je bij een jachthaventje aan de Maas.

weg steek je schuinlinks over en je gaat een pad op dat dwars over een akker loopt. De boer heeft hier de goede gewoonte om het pad mee om te ploegen. Je

Naar de rotsen langs de Maas

richt je op het rechteruiteinde van het bosje voor je. Als je goed kijkt, zie je van

De wandeling gaat echter niet de spoorweg onder, maar slaat vlak voor het

ver beschermende blauwe handgrepen in de omheining van de weide: deze zijn

tunneltje linksaf in een stijgend spoor met trapjes. Enkele meters hoger, bij de

er voor wandelaars. Na de akker steek je nog even een weide over en na de

spoorweg, sla je linksaf in een pad. Links beneden dit pad zie je de kloof waarin

weide vind je een pad dat in dezelfde richting verder loopt, nu langs de rand van

je daarstraks liep. Zo een 250 meter voorbij de spoorweg moet je goed opletten.

het bos.

Bij een boom met witte en roze verfstippen links van het pad - er daalt hier een zijpad af in de kloof - moet je rechtsaf slaan en de berg oplopen. Het pad dat je zoekt is in het begin niet duidelijk en niet meer dan een terreinplooi. Het pad draait hogerop naar rechts en stijgt verder in de flank. Je loopt langs dennen, pad over akkers bij het begin van de wandeling

bocht naar links en je stijgt verder door gemengd bos. Boven kom je uit in een bocht van een bosweg, met aan de overkant van de weg de beuk van Chris en Alex. Je volgt de bosweg naar rechts. Het is hier zalig gemakkelijk wandelen maar niet voor lang: minder dan 250 meter voorbij de beuk van Chris en Alex moet je een zijpad rechts zoeken. In de eerste boom aan de linkerkant van het pad is een pijl gekerft. Het pad is gemerkt

Aan een kruispunt sla je rechtsaf in een grasweg tussen akkers. Na een kleine

met witte stippen maar wel voor wandelaars die uit de andere richting komen. Bij

halve kilometer komt er een weg van rechts. Dertig meter voorbij deze splitsing

een enorme beuk verandert het pad in een steil dalend hol pad. Een touw helpt je

verlaat je de weg en je gaat links de weide in. Je houdt uiterst links aan in de

veilig naar beneden.

weide en je volgt zo de kortste weg richting bos. Bij de bosrand, in het verlengde van de afsluiting in de weide, vind je een oude voetgangersdoorgang. Hier ga je door of over. Je komt in een verwilderd bos terecht. Twintig meter verder laat je een pad rechts liggen en je blijft rechtdoor gaan door deze wildernis tot je uitkomt op een veel gebruikte bosweg. Rechtsaf maar de weg splitst onmiddellijk in drieën: neem de meest linkse tak, een pad gemerkt met gele stippen. Je volgt het pad rechtdoor en je komt bij een merkwaardig klovenlandschap in het bos rechts van het pad. Op de plaats waar van links twee weinig gebruikte boswegen komen, hou je uiterst rechts aan: je volgt nu het smalle pad rechts

zicht op de Maas van op het gedeelte dat bovenaan de rotsen loopt

naast de hoofdweg dat bovenaan de rand van de kloof loopt. Je kan ook afdalen en in de kloof lopen, maar daar zullen de holbewoners hier niet blij mee zijn. Het smalle pad vervoegt weer de hoofdweg en er komt een zijweg van links: ook hier hou je uiterst rechts aan over het smalle pad dat vlak naast de nu holle weg loopt. Blijf bovenop het kammetje lopen, rechts van de holle weg. Op het einde daal je het kammetje af en kom je op een kruispunt: scherp links de bosweg waar je al een tijd naast loopt, links een stijgend pad, rechtdoor een beekvalleitje, rechts naast dit valleitje een stijgende bosweg, scherp rechts een kloof. Je gaat rechtdoor in het beekvalleitje. Na 200 meter dwarst een pad het beekvalleitje: als je rechts met het pad stijgt, kom je bij een schuilhut. De wandeling gaat hier echter rechtdoor in het valleitje 9

Boven langs de rotsen Helemaal beneden sta je op een bewegwijzerd dwarspad. Aan de andere kant van het pad zijn er rotsen met ervoor een boom met verschillende aanduidingen erop geschilderd, waaronder het woord 'FIN'. Als je naar rechts gaat, kom je bij hoge klimrotsen, maar voor onze wandeling zal je terug moeten komen naar de bewegwijzerde boom. Een gele pijl wil je recht de rotsen doen opklimmen, maar dat zouden we alleen maar aanraden als je wat klimervaring hebt. Hou bij de bewegwijzerde boom de rotsen aan je rechterhand en ga een pad op dat langs de 10

1

1

rotsen stijgt. Let op: neem dus niet het voor de hand liggende en bewegwijzerde wandelpad, maar stijg vlak langs de rotsen. Het klimmerspad, bewegwijzerd met gele 'vogelbekjes', maakt een scherpe bocht naar rechts en brengt je boven op de rotsen. Loop hier door naar de Maaskant en stijg evenwijdig met de Maas nog even verder, bovenaan de rotsen en vlak naast de afgrond. Nee, dit is geen plek om uit te glijden! Je komt bij een uitzichtpunt bovenop een rots met een ketting erin vastgemaakt. Van bij het uitzichtpunt loopt het pad even weg van de Maas. Een gele pijl wil je rechts steil naar beneden sturen, maar dat doe je niet, jij moet boven blijven. Toen wij er waren, werd het pad versperd door een omgevallen boom. Als die er nog ligt, kan je de boom aan de linkerkant omzeilen en wat verder oversteken. Je komt onmiddellijk aan een splitsing van kleine paadjes. Het linkse pad brengt je sneller weg van de gevaarlijke afgrond en naar het veilige pad dat hogerop in het bos loopt maar wij beschrijven hier toch het rechtse pad. Gele stippen en pijlen tonen je de weg. Je steekt een spoor over en de gele merktekens nemen je mee omhoog. Na een grotje aan je linkerkant kom je bij een volgend uitzichtpunt, dit keer meer begroeid. Sla hier scherp linksaf met de gele merktekens. Je loopt langs rotsen die vol gaten zitten. Wat verder is er een pad links omhoog en een steil pad rechts naar beneden, maar jij blijft ongeveer op dezelfde hoogte en je volgt het spoor dat in een boog rond een grote inham loopt. Volg verder de gele pijlen. Een zijpad rechts voor klimmers laat je liggen en je stijgt naar een volgend uitzichtpunt. Hier vertrekt een steil pad naar beneden, het 'sentier rappel', maar dat neem je niet: loop met een rotsig pad weg van de Maasvallei. Bij een groepje naaldbomen kom je boven op het veilige pad. Rechtsaf. Je blijft rechtdoor gaan en je let niet op de zijwegen die van links komen. Na een halve kilometer op dit pad merk je rechts beneden de ommuurde plaats van het ongeluk van Koning Albert I. Natuurlijk ga je even tot bij die plek. Aan de linkerkant kan je gemakkelijk even in de ommuurde plek de sfeer gaan opsnuiven. Weer buiten daalt er bij de muur een zeer steil pad naar beneden, maar omdat het hier gevaarlijke commandopaadjes betreft stellen we voor dat je gewoon terugloopt tot op het veilige pad dat je dus nu naar rechts verder volgt. Koning Albert I werd gevonden aan de voet van precies die rots die al eeuwen 'le rocher du vieux bon dieu' wordt genoemd. Rond de dood van de Roi Chevalier hangt nog steeds een waas van twijfel. Sommige speurders brengen zijn dood zelfs in verband met de Rechtvaardige Rechters, het gestolen paneel uit het Lam Gods. De diefstal vond plaats minder dan twee maanden na de dood van Koning Albert I en de geschilderde rots op het retabel achter de tien rechters lijkt ondanks vijfhonderd jaar erosie heel sterk op de tragische rots van het ongeval. Een fascinerend verhaal over een geheime boodschap in het schilderij in de vorm van een verborgen gelaat in de rots, en de koning die een ingewijde zou kunnen geweest zijn. 11

12

1

1 Aan een splitsing bij een driehoekig stukje bos hou je rechts en bij de weg aan de

dan omhoog in de flank van de heuvel langs resten van een oude groeve. Ter

andere zijde van de driehoek volg je ook rechts. Twee zijpaden rechts brengen je

hoogte van een naaldbos rechts daalt het pad naar rechts, in de richting van dat

eventueel bij uitzichtpunten. Aan een splitsing bij enkele opvallende bomen kies

bosje. Beneden sla je linksaf, voor het naaldbos, en je volgt een horizontaal maar

je rechts, een smaller zijpad, en twintig meter verder laat je een zijpad rechts

weinig gebruikt en overgroeid pad. Rechts zie je de abdij van Notre-Dame de

liggen. Nog steeds zie je gele bollen. Je wandelt nu door dicht beukenbos. Bij een

Vivier. Het pad brengt je op een veel gebruikte bosweg: rechtsaf dalen hier. Wat

gele boom met een vogelbekje kies je rechts een nog smaller pad. Je daalt eerst wat. Natuurlijk duik je niet rechts naar beneden in de diepte maar je stijgt naar

verder kies je scherp links een smal pad langs de houten afsluiting van de

een ander pad. Rechtsaf en je komt bij een veilig uitzichtpunt bovenaan de rotsen, bij enkele grote dennen. Het zicht wordt wat bezoedeld door een waterzuiveringsstation en door de groeven van Namêche maar naar rechts is het uitzicht op de Maas en de rotsen erlangs erg mooi. Loop enkele meters terug en sla rechtsaf in het pad dat verder langs de afgrond loopt. Je komt bij kabels boven een kloof. Laat de kabels uiteraard rechts liggen en volg het veilige pad dat je bij een kruispunt brengt: links en rechts een

abdijtuin. De wandeling loopt rakelings langs de Abdij van Notre-Dame de Viviers. Hier was al in de 12de eeuw een cisterciënzerabdij. De abdij werd genoemd naar een houten beeldje van Maria en Jezus dat volgens de legende hier uit een vijver werd gevist. In de periode van de kruistochten zochten kruisvaardersvrouwen uit het Naamse toevlucht in de abdij en uit die tijd stamt de benaming 'Marche-lesDames'. Voorheen heette deze plaats, waar de Gelbressée in de Maas stroomt, 'Marche-sur-Meuse', grens aan de Maas.

bospad, rechts beneden je een rotskloof die wat lager afgesloten is met een hek, recht voor je een kammetje. Door de bomen krijg je recht voor je het kasteel d’Arenberg in het gezicht. Eventueel kan je met het pad rechts even naar de

Het pad komt naast een gracht te lopen en brengt je op de weg van Gelbressée naar Marche-les-Dames. Je vindt er een rustbank en een kapel.

andere kant van de kloof. Bij het einde van het gedeelte langs de rotsen kom je in de buurt van een kamp van paracommando’s van het Belgisch leger. Het zal niemand verwonderen dat deze spectaculaire omgeving uitgekozen werd voor de zware opleidingskampen. Op het domein staat het kasteel d’Arenberg, om strategische redenen in 1914 platgebrand door het Belgisch leger maar reeds in 1916 heropgebouwd door de familie d’Arenberg, dank zij de bindingen van de familie met de bezetter. In de jaren 50 werden het kasteel en de omringende bossen en rotsen eigendom van de Belgische staat.

Het einde door bossen en velden Je steekt de rijweg en de Ruisseau de Gelbressée over en je slaat linksaf, langs de beek. Het pad draait naar rechts en bij de bosrand volg je links, langs een beekje. Zeer snel echter, bij een private bosweg rechts met elke dag van het jaar een waarschuwingsbord dat er die dag gejaagd wordt, sla je linksaf in een smal pad over boomwortels. Via een kleine stuwdam steek je de beek over en kom je weer op de rijweg. Rechtsaf, dit keer is er geen alternatief voor het asfalt. Je passeert een eerste bosweg links en je volgt de asfaltweg verder. Na in totaal iets meer dan 200 meter op de rijweg is er aan de linkerkant weer een bosweg.

Naar de Abdij Notre-Dame de Vivier

Ook deze bosweg neem je niet, maar wel de volgende, deze bevindt zich minder

De wandeling gaat aan het kruispunt rechtdoor, links van het kammetje, in een

dan 100 meter verder. In het begin van de bosweg zit een rooster. Aan een

weinig gebruikt pad bewegwijzerd met gele stippen. Je steekt een dwarspad

kruispunt in het begin van de weg rechtdoor en de weg wordt mooi en smal en

over: rechts zou dat pad je helemaal de berg af leiden en dat is niet de

hol. Je blijft het stijgende holle pad volgen. Boven kom je aan een kruispunt in

bedoeling. Aan de andere kant van het pad dat je oversteekt zoek je een pad met gele vogelbekjes dat in de flank van de helling loopt. Je volgt dit pad naar

het bos net voor de bosrand: rechts loopt een hol pad verder maar je kiest voor

links. Je stijgt even in de flank door een hol gedeelte. Bij het einde van dit hol

bosrand lopen. Uiteindelijk verwijdert het pad zich wat van de bosrand en komt

gedeelte is er rechts een aftakking naar een death-ride, een mooi rustplekje. De

uit op een brede en dikwijls modderige bosweg. Met deze bosweg klim je nog

wandeling volgt het pad verder, omhoog in de flank met de gele stippen. Je komt

even stevig naar een groot kruispunt van boswegen. Rechtsaf hier.

in een bocht van een brede dreef: rechtsaf hier, een mooi vlak pad. Het pad

Vanaf hier ga je aan elk kruispunt rechtdoor, je hebt nog iets meer dan een

begint na een tijdje te dalen en beschrijft een scherpe bocht naar rechts,

kilometer te gaan tot in Boninne.

links. Het pad stijgt even. Kies steeds rechts en blijf dus zo dicht mogelijk bij de

eventueel kan je deze bocht afsnijden. Na de bocht sla je linksaf, op de plaats waar de doorsteek beneden komt, en je daalt verder met de gele stippen. Je komt uit op een berijdbare weg, bij een boom met een gele ‘27’ erop. Je steekt deze weg over en je zoekt rechtdoor een weinig gebruikt pad, bewegwijzerd met gele stippen en pijlen. Het loopt recht door het bos, en klimt 13

14

2

2

Het graf van de reus

pad aangelegd. Ook dat nieuwe pad, dat op de steile helling boven de rivier

overgroeide paadjes

loopt, is er niet al te best aan toe. Wel laat het toe een steile en gladde helling te vermijden waar je langs boomwortels naar boven moet kruipen. In deze wandeling raden wij sportieve wandelaars aan om het oude pad toch maar te proberen. De vroegere bewegwijzering is nog steeds aanwezig en helpt je bij het volgen van dit pad. Twee keer moet je de Semois doorwaden. Bij de Gué du Merleux Han staat het water zelden hoger dan kniehoogte, maar bij de gué beneden het Graf van de Reus kan het dieper zijn. Naast de vele beklimmingen krijg je op deze tocht ook te maken met enkele oude, overgroeide en soms moeilijk vindbare paden.

TOPOGRAFISCHE KAARTEN NGI:

BESCHRIJVING

LENGTE: 20 km VERTREKPUNT: Bij het uitzichtpunt Le Tombeau du Géant, in Botassart AANDACHTSPUNTEN: Lange wandeling, twee keer de Semois doorwaden, gedegenereerd pad door Les Grandes Falloises met onder andere een loodrechte ladder, enkele oude, moeilijk vindbare en

64/5-6 en 67/1-2 (1:20.000) Langs beekvalleien naar de Semois Vertrek met het paviljoentje aan je linkerhand en neem het rechtse doodlopend asfaltwegje. Op de splitsing bij een grote akker rechtsaf, een ander asfaltwegje. Het wegje daalt langs de akker. Bij het einde van de akker sla je linksaf in een

15

Enkele honderden meters ten westen van de kern van het gehucht Botassart ligt

pad tussen de akker en een sparrenbos. Al snel loop je het bos in over een mooi

een van de beroemdste uitzichtpunten van de Ardennen. Je kijkt er uit op 'le

pad dat afdaalt in een beekvalleitje. Je laat een zijpad rechts liggen en even

tombeau du géant' of 'het graf van de reus', een beboste heuvel die ingesloten is

verder ga je bij een kruispunt rechtdoor. Zo daal je af tot bij de beek. Je steekt

door de Semois. Het landschap is geklasseerd. Er is een parkeerplaats, het

de beek over en daalt verder af over een boomwortelpad, nu links van de beek.

uitzichtpunt wordt druk bezocht en gefotografeerd. Het toeristisch paviljoen bij

Beneden loopt het pad even door het water en wat verder steek je een grotere

het uitzichtpunt is geopend van april tot oktober. Een enkele blik op de bergen

beek over via een betonbruggetje. Rechtsaf en wat verder rechtdoor. Je loopt op

volstaat om te besluiten dat je hier niet moet zijn voor een parkwandelingetje.

een brede weg beneden in de vallei van een beek. Na iets meer dan 300 meter

De wandeling loopt langs vele uitzichtpunten op de bergkammen. Het laatste in

moet je de weg verlaten en linksaf slaan. Neem hier niet de scherp teruglopende

de reeks uitzichtpunten is bijzonder interessant. Het ligt bovenop het graf van de

weg langs de rand van een sparrenbos maar wel de stijgende grasweg die in een

reus en is onbekend. Je vindt er een mysterieuze bronzen piramide die verwijst

rechte hoek vanop je wandelweg vertrekt. Deze stijgende weg is weinig door

naar Osiris, de eerste Egyptische farao en de koning van het dodenrijk.

mensen gebruikt. Je moet hem een gans eind volgen. Na een kilometer op de

De wandeling loopt door 'les Grandes Falloises', een rotsachtig en impressionant gebied langs de steile oever in een bocht van de Semois. Om wandelaars toe te

weg komt er een zijweg van links maar je moet de weg nog 300 meter verder volgen, tot op een asfaltwegje.

laten de meest steile rotspartijen te overwinnen, werden hier enkele ladders

Sla linksaf op dit asfaltwegje en stijg nog verder. Op het einde van een scherpe

aangebracht. De beroemde wandeling 'Les Echelles'

of 'ladderwandeling' loopt

bocht naar rechts is er een bosweg links, maar je moet nog twintig meter verder

door dit gebied. Alleen de grootste van de ladders, 29 treden hoog, ligt op onze

over de asfaltweg, tot bij een soort parkeerplaats links van de weg. Hier zijn er

route. Wandelaars die het gebied intrekken worden door borden gewaarschuwd: het pad is moeilijk en gevaarlijk en gevoelige mensen wordt afgeraden het pad te

links twee boswegen, jij neemt de rechtse van deze twee wegen. Na 150 meter

volgen. Les Grandes Falloises verdienen inderdaad het nodige respect en je trekt

bij een dwarsweg: deze steek je over en je daalt enkele meters af tot op een

er maar beter met gepaste ernst door. Het pad degradeerde de laatste jaren zo

andere weg. Ga hier rechtdoor. Links van de weg loopt een beekje dat eerst nog

erg door erosie en werd hierdoor bij slecht weer zo gevaarlijk dat de Waalse

verborgen blijft in de dichte begroeiing. Verderop zie je het beekje wel lopen,

vereniging SGR besliste om het pad niet langer op te nemen in het Grote

links beneden tussen de sparren. In een kleine bocht moet je goed uitkijken en

Routepad van de Semois. De gemeente Rochehaut vermeldt op haar wandelkaart

de weg verlaten: zoek aan de linkerkant van de weg een smal pad dat door een

dat ze afziet van elke verantwoordelijkheid in geval van ongeluk. Als alternatief

oud eikenbos naar beneden loopt. Een berijdbare weg steek je over en je daalt

voor het eerste gedeelte van het pad, langs het water, werd recent een nieuw

verder af tot bij een brug over een beek. Aan de andere kant van de beek neem

sla je bij een splitsing rechtsaf in een minder gebruikte grasweg. Deze brengt je

16

2

2

je niet het pad dat naar rechts draait, je blijft rechtdoor gaan in het smalle pad

en je daalt weer af tot op het niveau van de rivier. Je loopt verder over een vlak

dat naast een beekje omhoog loopt. Je stijgt stevig naast het beekje tot je via

pad door een populierenbos. Op het einde van dit bos kom je bij buitenhuisjes.

trapjes rechts naar een ander pad kan. Linksaf over dit pad en het beekje over.

Bij het eerste van deze huisjes sla je linksaf en je staat bij de Gué du Merleux Han. Via deze doorwaadbare plaats steek je de Semois over.

Je loopt nu op een prachtig pad hoog in een helling. Het pad brengt je vlak langs een grote en fraaie rotspartij. Bij het einde van deze rotspartij neem je niet het pad naar rechts, maar je daalt links steil af, tot bij de Semois. Hier vind je een

Over een rotskam en langs beken naar l'Ecaillère

uitgelezen rustplaats bij de oever van de rivier.

Aan de overkant ga je de brede weg op. Bij een splitsing neem je rechts. Er komt al snel een pad van links dat je niet neemt en enkele meters verder neem je op een splitsing de linkse weg, een minder opvallende grasweg. Deze mooie weg doorloopt de volledige bocht van Merleux Han. Na 800 meter kom je weer vlakbij de rivier te lopen en net voor een rots, waar je niet verder kan, sla je rechtsaf.

een uitgelezen rustplaats bij de Semois

Het pad loopt steil zigzaggend de berg op. Boven, voor een sparrenbos, draait het pad naar links en loopt nu vlakker verder, bovenaan de steile helling. Verderop loop je langs een volgend sparrenbos. Bij het volgende sparrenbos loopt het pad eerst even naar links en dan weer naar rechts, nog wat omhoog. Het pad is hier niet zo gemakkelijk te volgen: het steekt de kam over en loopt langs de linkerrand van een

sparrenbos tot op een brede bosweg. Linksaf.

Rechts beneden zie je de doorwaadbare plaats van Merleux Han waar je een tijd geleden de rivier overstak. De brede weg loopt het bos in. Voor een bezoek aan Door les Grandes Falloises Je slaat rechtsaf langs de oever. Voor het begin van een bocht naar links van de rivier, splitst het pad zich. Een nieuw aangelegd pad stijgt rechts in de flank, avontuurlijker is het om rechtdoor te gaan en af te dalen tot vlakbij het water. Je loopt over de rotsen die soms door het water overspoeld worden. Je kijkt goed uit naar de oude wit-rode streepjes van de GR, deze tonen de weg. Het pad stijgt in de flank en loopt gevaarlijk over een uitstekende rots. Verder op het hachelijke pad moet je rechts steil omhoog, je zal de boomwortels hier nodig hebben om boven te geraken op de steile en gladde helling. Je komt zo samen met het meer recente pad en je gaat uiteraard naar links. Het pad loopt verder langs de rotsen en brengt je bij de befaamde ladder. Deze ga je op en aan de andere kant moet je weer naar beneden, over de rotsen. Het pad loopt verder langs de rivier en gaat een enkele keer nog de hoogte in. Uiteindelijk stijg je naar een grote rots die links van het pad hoog boven de rivier uitsteekt. Nog voor je met het pad helemaal boven bent, kan je links naar de rots voor een uitzicht. Je loopt terug naar het pad en stijgt nog enkele meters verder, tot op het hoogste punt van het pad. Ook hier kan je links nog de grote rots op. Voor het vervolg van de wandeling moet je hier even goed opletten. Er is een bewegwijzerd pad dat rechtdoor loopt, er is ook een bewegwijzerd pad dat rechtsaf slaat en de berg opgaat, links is er een vlak pad dat naar een uitzichtpunt gaat, op een kleinere en iets lagere rots. Jij moet hier schuinlinks afdalen, tussen het pad naar het uitzichtpunt op de lagere rots en het pad rechtdoor: je loopt een zeer steile helling af. Beneden kom je uit bij een rots die tot in het water reikt. Rechts vind je een plaats waar je gemakkelijk de rots kan opklimmen. Boven ga je naar links 17

het uitzichtpunt 'les Eperviers' moet je goed uitkijken: 400 meter ver op de brede bosweg brengt een moeilijk vindbaar zijpad links je er naartoe. Na een bezoek aan het uitzichtpunt volg je de brede bosweg nog een kleine halve kilometer verder, tot op een kruispunt. Hier ga je verder op de middenste van de drie wegen. Tweehonderd wandelpassen verder verlaat je deze bosweg en je zoekt links een smal pad dat stijgt. Bij de kam gekomen kan je links naar een uitzicht. De wandeling loopt verder naar rechts en volgt nu een gans eind het mooie op en neer gaande kampad. Het loopt soms over maar meestal rechts langs de mooie rotsen. Na in totaal 600 meter op het kampad kom je uit op een kruispunt van boswegen. Je neemt hier de linkse van de drie wegen. De weg daalt zacht in de flank. Een dwarst de bosweg en je gaat rechtdoor. Je komt op een brede bosweg. Deze steek je over en je gaat een onzekere en in onbruik geraakte weg op. De weg is in het begin wat moeilijk begaanbaar, verderop overgroeid en versperd door omgevallen bomen. Na wat klauterwerk over de hindernissen kom je op een ander pad. Linksaf. Het mooie pad daalt naar de Semois maar nog voor je beneden bent, moet je scherp rechtsaf slaan in een zeer smal en overgroeid pad. Na 300 meter draait het pad naar rechts in een zijvallei van de Semois. Reeds na 20 meter verlaat je dit pad en je neemt links een zeer smal en bijna onzichtbaar spoor dat afdaalt naar het zijbeekje. Je steekt het beekje over op een plaats waar er aan de overkant een overhangend rotsje is waaronder je net zou kunnen schuilen. Rechts naast dit rotsje neem je een stevig klimmend spoor. Raak je dit spoor kwijt, blijf dan recht de berg oplopen. Met zekerheid kom je uit op een oude bosweg, volg deze naar rechts. Na 150 meter 18

2

2 kom je op een splitsing bij een beekje. Je vindt hier misschien nog enkele wandelpijltjes uit lang vervlogen tijden. Sla hier scherp linksaf in een stijgende bosweg. Niet veel verder, net voor een bocht naar rechts, verlaat je de bosweg en je slaat rechtsaf. Je komt zo op een kam die je naar rechts oploopt. Blijf stijgen op de kam, na een kleine halve kilometer kom je bij de bosrand. Linksaf, je komt bij een picknickplek met overdekte banken aan een berijdbare weg. Links brengt de weg je naar het uitzichtpunt l'Ecaillère, maar dat is niet onze wandeling.

Naar de uitzichtpunten op het Graf van de Reus Steek bij de picknickplek de berijdbare weg over en kies onmiddellijk bij de splitsing rechts, een weg door sparrenbos. De weg wordt een grasweg. Door gekapt bos krijg je links een prachtig uitzicht op het graf van de reus. Verderop loopt de weg weer even door bos en nadien krijg je links weer uitzichten. Je moet goed uitkijken naar een zijpad rechts, dat je naar het uitzichtpunt Clernot brengt. Met je rug naar het uitzicht loop je hier even rechtdoor en je komt op een bosweg. Linksaf. Minder dan honderd meter verder buigt de weg af naar links en je komt bij het uitzichtpunt Les Augustins. Hier daal je links via een pad weer af naar de grasweg. Rechtsaf en wat verder daal je mee naar links. Een overgroeid pad laat je links liggen en je daalt verder af, over een heuvelkam. Aan de overkant van een bosweg die je oversteekt vind je het volgende uitzichtpunt, het Point de vue de l’Epine. Je volgt hier de kam verder over een smal pad tot bij het uitzichtpunt Pic du Diable. Hier kan je tijdelijk de kam niet verder volgen en moet je links afdalen naar een berijdbare bosweg. Volg de bosweg naar rechts, aan de rechterkant staat een bank. Honderd passen voorbij de bank moet je een zeer onopvallend spoor aan de rechterkant van de berijdbare bosweg zoeken: het vertrekt tussen twee kleine sparren. Dit spoor loopt weer over de kam en brengt je naar een verborgen uitzichtpunt met een bronzen piramide ter ere van Osiris. Loop van aan de piramide enkele meters

19

20

2 terug en sla dan rechtsaf in een spoor door een gekapte vlakte, met de rotsen waar de piramide op staat rechts van je. Links zie je aan het einde van de gekapte vlakte een sparrenbos, aan het einde van dit sparrenbos moet je uitkomen. Loop daarom door tot het einde van de gekapte vlakte en sla dan, in het bos, linksaf. Er is hier geen pad. Je houdt het sparrenbos links van je en je komt zo op een bosweg. Volg deze naar links maar sla bijna onmiddellijk rechtsaf in een weg die naar de Semois afdaalt.

3

Hoog boven de Maas

LENGTE: 12 km VERTREKPUNT: Aan de kerk van het dorp Falmignoul in de provincie Namen, enkele kilometers ten zuiden van Dinant en Anseremme AANDACHTSPUNTEN: Steile paden op de hellingen langs de Maas, een pad loopt boven het gevaarlijke Colébi ravijn TOPOGRAFISCHE KAARTEN NGI: 53/7-8 (1:20.000)

Falmignoul ligt even ten zuiden van Dinant, op het golvend plateau hoog boven de Maas. In dit stille dorpje tussen uitgestrekte velden van de Condroz laat niets vermoeden dat zich, nog geen twee kilometer naar het noorden en naar het noordwesten, een dramatisch landschap van spectaculaire rotsen langs de Maas bevindt. Van honderden kilometers ver komen klimmers deze rotsen opzoeken. Door de velden leidt de wandeling al snel naar de steile valleihelling van de Maas. Langs enkele beekvalleien daal je af naar de stroom. Bij de jachthaven en de Terug naar Botassart

veerdienst van Waulsort kan je in het goede seizoen iets eten en drinken in het

Ongeveer tweehonderd meter verder neem je een klein zijpad tot aan het water, op een plaats waar een eiland begint. Hier moet je de rivier doorwaden, hou het

'Pavillon du Passeur d’Eau'. Hier is van april tot mei inderdaad nog een veerdienst

eiland aan je linkerhand en richt je op de grasweg aan de overkant. De grasweg

op en je komt bij de mooie ruїnes van het middeleeuwse Château Thierry. Je

brengt je naar een veel gebruikte weg langs de bosrand. Volg deze weg naar

vindt hier laving bij de kasteelbron. Langs een kloofje daal je weer af. Er volgen

rechts. Je loopt langs een lange grasvlakte. Bij het einde van de grasvlakte

nu ekele gemakkelijke kilometers door weiden langs de oever van de Maas.

versmalt de weg tot pad. Bij het begin van een volgend stuk grasland kan je links

De wandeling volgt de Maas tot bij de rotsen van Freyr. Net ervoor kan je rechts

naar een kleine grot, de Caverne du Passeur d’Eau. Je volgt verder de bosrand.

enkele passen wagen in het fascinerende Colébi ravijn. In deze donkere, vochtige

Voorbij het einde van het grasland loopt de weg even in het bos en begint dan te

en spectaculaire rotskloof bevinden zich grotten waar in de negentiende eeuw elf

stijgen. Op een kruispunt waar links een grasweg uit een arboretum komt, kan je

skeletten van prehistorische mensen gevonden werden. De kloof is van groot

rechts afdalen tot bij de Moulin des Rivages. Deze gezellige plaats aan de oever

belang als wetenschappelijk onderzoeksterrein voor geologen en biologen. Er

van de Semois is uitgerust met picknicktafels. Voor het einde van de wandeling

werden planten gevonden die zo zeldzaam zijn dat de vondsten geheim

moet je echter op het laatst genoemde kruispunt rechtdoor gaan en nog even

gehouden worden. De Colébi is reeds sinds 1944 beschermd, maar in de jaren

stijgen tot op een brede weg. Linksaf en slechts enkele tientallen meters verder,

negentig moest de overheid drastische maatregelen nemen omdat het ravijn

ter hoogte van een bank, sla je rechtsaf, een smal pad op. Een grasweg steek je

zwaar te lijden had onder overmatig gebruik door klimmers. De toegang werd

over en hier begint de laatste klim van de wandeling.

strikt gereglementeerd en er komen geen klimmers meer in het ravijn. Ter

op de Maas actief. Net voorbij de jachthaven klim je de steile Maashelling weer

plaatse leef je uiteraard de reglementering na. We beschrijven de doortocht van de kloof slechts als virtueel alternatief voor de normale wandeling. Dit virtuele traject door de Colébi verkort de wandeling met twee kilometer maar heeft een 21

22

3

3

uitgesproken geaccidenteerd karakter. Zelfs al toont de topografische kaart een

Het pad volgt de bosrand. De helling rechts van je is hier bijzonder steil. Een keer

pad door het ravijn, in praktijk moet je een verticale rotsmuur van vijf meter

is er een uitzichtpunt, hier zie je diep beneden je het veer van Waulsort liggen.

hoog opklimmen en verder stijgen door een kloof vol rotsblokken. De website

Daar brengt de wandeling je heen. Het pad volgt nog even de bosrand verder,

over diversiteit van de Waalse overheid beschrijft de doorgang met 'circulation

draait dan naar links en daalt stevig af naar een volgende beekvallei. Een oude

difficile, voire impossible à certains endroits.' Het normale traject stijgt over het mooie klimmerspad 'sentier Christianne' langs

pijl richting 'Meuse' wijst de weg: sla rechtsaf en volg het beekje helemaal naar beneden, tot bij de Maas. Op het einde is het pad wat avontuurlijk.

de rotsen steil omhoog tot op de grote weg Dinant-Beauraing met zijn klimmerscafé’s. Een pad dat rakelings langs het Colébi ravijn loopt, brengt je dan weer op het veilige plateau. BESCHRIJVING Afdalen naar de Maas Rechts van de kerk daal je de Rue Monau af. Aan de splitsing links en aan het muurkapelletje van Notre Dame de la Route rechts en onmiddellijk links en stijgen. Bij het kerkhof linksaf. Even verder laat je de asfaltweg naar rechts lopen en je gaat rechtdoor langs een paar nieuwe huizen. Een grasweg leidt je verder tussen weiden. Deze mooie weg brengt je bij een kapelletje midden in de velden, een uitgelezen plek bij mooi weer. Via een voetgangersdoorgang ga je de weide in en je houdt in de weide rechts aan. Rechts van een stal, die je van ver ziet staan, kan je de weide weer uit en je staat op een brede veldweg: linksaf hier. Even verder, op het diepste punt van de weg en waar de weg gebetonneerd wordt, sla je rechtsaf in een smal pad tussen afsluitingen. Het pad brengt je bij het bos waarin zich links van je een meestal droge beekvallei aftekent. Aan de bosrand bij een bank sla je rechtsaf in een pad dat stijgt en de bosrand volgt langs een weide. Bij het einde van de weide loopt het pad het bos in en hier moet je je passen tellen: honderd passen verder hou je halt. Je zoekt hier een smal pad links dat vertrekt bij een laag en oud stenen paaltje in de grond. Misschien hangt er ook nog een groen bordje van een natuurreservaat aan een boom. Straks moet je dit smalle pad inslaan maar je loopt eerst nog een goede honderd meter verder. Je komt zo namelijk bij enkele spectaculaire uitzichtpunten. Misschien durf je wel tot bij het vlaggetje hoog op een rots. Loop terug tot bij het stenen paaltje en sla nu rechtsaf, als je terugkeert van de uitzichtpunten, het smalle pad in. Het pad daalt vrij stevig en brengt je op een breder bospad, net voor een beekvallei. Aan de overkant van de vallei zie je het pad waar je naartoe moet. Om daar te geraken volg je het bredere pad eerst heel even naar rechts en sla bij de eerste gelegenheid linksaf in een smal zijpad. Het begin van dit kleine pad is aangegeven met twee oranje driehoeken op witte achtergrond. Wat verder kan je dan naar links afdalen tot bij het beekje. Je steekt het beekje over en je gaat aan de andere kant het stijgend pad op. Wat verder neemt het pad je mee naar rechts, een ander valleitje in. Op een plaats waar in natte periodes een mooi watervalletje te zien is, stijgt het pad naar rechts en brengt je bij de bosrand. 23

Naar een hoge kasteelruїne Langs de Maas ga je de brede kiezelweg naar rechts op en je bent zo bij het veer en het jachthaventje van Waulsort. Verder langs de oever. Bij de monding van een beekje staat een bank in het bos. Hier volg je de oever verder. Na een tijdje sta je voor een weide langs de Maas. Hoewel er een voetgangersdoorgang in de afsluiting is, ga je toch de weide niet in, maar je slaat rechtsaf en je loopt langs de weiderand tot bij een hoge rots. Ga bij de rots vijf meter naar links. Hier moet je naar boven. De kortste weg naar boven, links naast de rots, is uitermate steil, maar mogelijk. Boven neem je dan een vlak pad naar links, tot bij de oude kasteelbron. Een andere weg naar boven vind je door links van de rots een oud pad te zoeken dat zachter aan de beklimming begint. Dit pad draagt sporen van oude verstevigingen, vandaag moet je al goed uitkijken om het pad niet te missen. Af en toe vind je op dit pad sporen van een oude bewegwijzering, maar wel geplaatst voor wandelaars die van boven naar beneden komen. Het pad loopt zigzaggend naar boven tussen buxusstruiken. Het oude pad brengt je boven bij de ruїnes, loop even naar rechts tot bij de kasteelbron. Bij deze bron vind je een zalig rustplekje. Bij de kasteelbron loop je in de richting van de kasteelruїnes van het Château Thierry. Je stijgt met een smal pad langs een muurtje verder naar het hoogste deel van de ruїnes. Hier stijg je verder tot bij de bosrand.

24

3

3 Naar het laagste deel van het Colébi ravijn Bij de bosrand volg je het pad naar links. Het pad volgt een tijdje de weiderand en daalt dan af naar een holle uitgekapte weg. Je volgt deze uitgekapte weg even naar links. Let goed op: links van deze weg tekent zich snel een kloofje af. Op de plaats waar zich rechts van de weg een boom met wandeltekens bevindt, verlaat je de weg en duik je links in dit kloofje. Je daalt in dit kloofje af, soms moet je even opletten op de gladde stenen. Bij de bosrand kruip je links uit het kloofje en onder de prikkeldraad ga je een grote weide in. Loop in de weide rechtdoor richting Maas. Bij de stroom ga je rechtsaf en je volgt de oever door de grote weide. Via een volgende voetgangersdoorgang kom je in de volgende grote weide en ook nu volg je de oever verder. Recht voor jou zie je in de verte rotsen, daar gaat de wandeling naartoe. Een volgende doorgang loodst je naar een pad tussen de Maas en een dode arm ervan. Bij het einde van de dode arm ga je een weide in. Hier is de situatie wat onduidelijk. Het is de bedoeling dat je in de weide rechtsaf slaat en naar de bosrand loopt. Je richt je op het ravijn dat zich in de helling duidelijk aftekent. Aan de andere kant van de prikkeldraad sta je bij het begin van het legendarische Colébi ravijn. Langs klimrotsen naar het hoogste deel van het Colébi ravijn De virtuele variante gaat de ravijn in, maar de normale wandeling volgt hier het pad naar links, langs de weide. Natuurlijk ga je wel eerst even enkele passen het ravijn in om er de magische en vochtige sfeer op te snuiven. Het pad langs de weide komt weer vlak langs de oever te lopen. Je kan hier pootjebaden in de Maas. Verder kom je aan de eerste rotsen van het beroemde massief van Freyr. Bij een informatiebord aan de 'Roche Al'Lègne' volg sla je rechtsaf en begin je aan een steile klim. Eventueel loop je bij dit bord eerst nog even verder tot aan de voet van de machtige rots 'Tête du Lion', die met haar voet in het water staat. Je keert dan op je passen terug tot bij het informatiebord. Het mooie 'sentier Christianne', dat bij het informatiebord vertrekt, brengt je zigzaggend helemaal naar de top van de rotsen. Je komt uit op de gevaarlijke N95 van Dinant naar Beauraing, die je rechtsaf volgt. De weg heet hier toepasselijk de ‘Chaussée des Alpinistes’. Klimmers hebben hier inderdaad afspraak voor en na hun avonturen op de rotsen. Bij het laatste café verlaat je de weg naar rechts. Aan de rechterkant van een klimmershut kan je naar een uitzichtpunt. Voor het vervolg van de wandeling wandel je nog even door tot op het einde van de parkeerplaats. Hier sla je rechtsaf. Je laat rechts een pad liggen naar de klimmershut en je loopt rechtdoor het bos in. Wat verder laat je rechts een klimmerspad liggen en je gaat rechtdoor tot op een bivakweide. Loop door tot op het eind van de weide, je hebt hier een prachtig uitzichtpunt op de Maas. Loop een paar tientallen meters terug en sla scherp rechtsaf een pad in. Dit pad bengt je al snel boven het Colébi

25

26

3

4

De Oostelijke Ourthe

ravijn, dat zich rechts beneden je bevindt. Je steekt een soort kloofje over en je neemt aan de overkant het stijgende pad rechtdoor. Wat verder hou je bij een

LENGTE: 13 km

splitsing links aan, het hoogste pad. Het pad daalt dan nogal bruusk af en brengt

VERTREKPUNT: In het gehucht Filly in

je bij het einde van het Colébi ravijn. Je loopt enkele meters naar links en je

Nadrin, deelgemeente van Houffalize. De wandeling vertrekt op het laagste punt van het gehucht, bij de oude waterbakken op de plaats Al’Fontinne.

steekt het ravijntje over. Let op: je moet hier onmiddellijk rechtsaf slaan in een smal pad dat vlak langs het ravijn loopt. Bij het begin van het spectaculaire gedeelte van het ravijn, begint het pad te stijgen. Je hebt een goed zicht op het ravijn rechts beneden je. Na een tijd kom je op een plaats waar van rechts een kloof komt, uit deze kloof vol rotsblokken komt de virtuele variante naar boven.

AANDACHTSPUNTEN: Steile afdaling naar

Sla linksaf, richting bosrand.

moet je even linksaf tussen twee weiden en bij een infobord aan het eind van de

de Oostelijke Ourthe over een verdwenen pad in het begin van de wandeling, gedegenereerd pad langs rotsen door een Ourthebocht, twee keer de rivier en een keer een forse beek doorwaden, steile klim over een rotskam

twee weiden sla je weer rechtsaf in een pad met de tweede weide aan je

TOPOGRAFISCHE KAARTEN NGI:

Terug naar het plateau Een paar tientallen meters voor de bosrand neem je een bewegwijzerd bospad naar links. Dit pad brengt je het bos uit en loopt verder langs een weide. Verder

rechterhand. Bij een toegangsweg tot deze weide, vlak bij de rijweg, ga je

60/3-4 (1:20.000)

rechtdoor in een graspad achter huizen. Het pad brengt je bij de Ruisseau de

Filly is een van de gehuchten die hoog boven de samenvloeiing van de Westelijke en Oostelijke Ourthe liggen. Over het hoge plateau rond Filly vertrekt de wandeling richting vallei van de oostelijke Ourthe. De vallei is hier prachtig en wild. We zoeken een oud pad dat door houtkap in onbruik is geraakt en dalen steil af naar de rivier. Hier steek je de rivier over, want op de andere oever ligt een interessant pad. Een wandelgids vermeldt namelijk dat het pad 'doodloopt op de rotsen'. Inderdaad dwingen de rotsen de oostelijke Ourthe hier tot een scherpe bocht, maar op sommige topografische kaarten wordt dit pad toch getekend en doorloopt het de volledige bocht langs het water. Op het terrein blijkt dat het inderdaad mogelijk is om het pad te volgen, maar op enkele plaatsen is een vaste voet nodig. Het pad is namelijk smal en glad en loopt langs rotsen op de steile helling langs het water. Dit onzekere pad op de rotsen in de Ourthebocht kan bij slecht weer gevaarlijk zijn. We klimmen dan weg naar een recent vrijgekapt uitzichtpunt op een rots. Voor een facultatieve halte op de camping Moulin de Rensiwez, moet je hier weer afdalen tot bij de rivier. Enkele oude vergeten bospaden brengen je bij de volgende doorwaadbare plaats in de oostelijke Ourthe. De volgende kilometers zijn vlak en lopen langs de prachtige beek Ruisseau de Martin Moulin. Ook deze beek moet je doorwaden, om nadien aan een steile klim over paden met lichte bergallures te beginnen. Voorbij het gehucht Petite Mormont lopen we langs de beek Ruisseau de Belle Meuse. Hier kan je de bouwwerken van bevers van nabij observeren. De wandeling eindigt met enkele smalle graspaden die je terug naar Filly brengen. Een van deze paden werd in december 2010 op onze vraag door de gemeente Houffalize heropend, nadat het onwettelijk afgesloten was door een schapenboer.

Falmignoul. Met enkele voetpaden blijf je de beek volgen tot je de kerk weer ziet. Virtuele variante door het Colébi ravijn Deze variante is voorbehouden voor zeer sportieve wandelaars. Het terrein is uitgesproken rotsachtig. De Colébi is een uiterst waardevol natuurreservaat, respecteer ten allen tijde de reglementering van de overheid. Een mooi pad loopt het prachtige ravijn in. Je komt bij hoge rotsen rechts van het pad. Hier moet je rechtdoor, een rotsmuur van enkele meters hoog opklimmen. Wat verder kom je in een grote ketel. Hier volg je niet rechtdoor het ravijn maar je slaat rechtsaf in een kloof bezaaid met rotsblokken. Over, tussen en onder deze blokken klim je omhoog door de kloof. De kloof eindigt bij de bosrand. Hier heb je weer aansluiting op de normale wandeling.

27

28

4 BESCHRIJVING Van Filly naar Rensiwez Tussen de waterbakken en een garage vertrekt een graspad. Dat pad wordt al snel omzoomd door bomen. Soms loopt er een beekje in het pad. Op het einde kom je op een ander graspad, rechtsaf hier. Het graspad verbreedt en brengt je bij een woning. Je laat een asfaltwegje rechts liggen, steekt een kiezelweg over en gaat een grasweg op. Eerst loopt de grasweg langs de rechterrand van een akker, dan even langs een bosje. Je komt uit bij het Croix Medalienne. Even ga je rechtdoor over asfalt, je steekt een rijweg over en je houdt dan links aan, een stijgende kiezelweg. Je let in het begin niet op de dalende grasweg rechts, je stijgt verder over de kiezelweg die je hoog tussen de velden brengt. Op het hoogste punt laat je een veldweg links en een grasweg rechts liggen, je gaat verder rechtdoor met recht voor jou de diepe valei van de oostelijke Ourthe. Waar links de weiden eindigen en een klein sparrenbosje begint, begin je passen te tellen: ongeveer zestig wandelpassen voorbij het begin van het sparrenbosje sla je linksaf in een onooglijk pad. Het pad begint ongeveer tien meter voor het einde van het sparrenbosje. Eerst loopt het pad door het sparrenbosje, dan door een gekapte zone, en verder steil naar beneden door de eerste gang in de linkerkant van een sparrenbos. Onderweg verplaatst het pad zich enkele meters naar links en het loopt nu langs de rand van het sparrenbos. Bijna beneden verwijdert het pad zich naar links van het sparrenbos om dan de laatste meters steil af te dalen tot bij de oostelijke Ourthe.

Je neemt het mooie oeverpad naar links. Kijk echter goed uit want je moet zo meteen de rivier oversteken. De doorwaadbare plaats bevindt zich bij het einde van een klein eilandje. Aan de overkant van het water zie je een klein steenstrandje en iets hoger op de oever zie je misschien een monoliet van ongeveer twee meter hoog staan. Je steekt hier dus de rivier over. Bij de monoliet sla je linksaf in een hol pad. Het pad loopt langs enkele bemoste rotspartijen. Je komt bij een eerste punt waar de rotsen tot in het water reiken, maar je kan hier nog gemakkelijk verder, over het oeverpad. Wat verder kom je 29

4 op een plaats waar misschien nog een kabel over het water hangt, het werk van een buitensportvereniging. Hier moet je misschien tijdelijk even omhoog, maar je daalt dan weer af tot bij de oever. Waarschijnlijk krijg je hier te maken met omgevallen bomen en begroeiing. De rotsen hebben de Ourthe hier tot een scherpe bocht gedwongen en je moet deze bocht doorkomen. Als je de keuze lijkt te hebben tussen afdalen naar het water en rechts de glibberige helling opkruipen, stellen we voor dat je voor het laatste kiest. Beneden langs het water verder kan ook, maar er wacht je dan een gevaarlijke en moeilijke passage over de rotsen bij het einde van de bocht. Je kruipt dus omhoog en je kan dan hogerop verder over een smal en glibberig pad op de steile helling. Bij het einde van de rivierbocht hou je links aan, je daalt steil af en je komt weer op een ordentelijk pad dat de rivier volgt. Je komt bij een weg die de links het water inloopt. Jij laat het water links liggen en volgt de weg rechtdoor. Rechts krijg je door het sparrenbos zicht op rotsen. Daar moet je naartoe, via de eerste zijweg rechts, scherp teruglopend. Aan de voet van de rotsen volg je de weg naar rechts. Deze stijgt stevig en loopt het bos in. Bij een splitsing sla je linksaf en je stijgt verder. Op een kruispunt kan je links naar een recent vrijgemaakt uitzichtpunt op een rots hoog boven de oostelijke Ourthe. Voor het vervolg van de wandeling steek je op het kruispunt de kam over en je duikt in een dalende en holle weg. De weg brengt je het bos uit, biedt je een mooi uitzicht en wordt een grasweg. Bij een splitsing kan je links afdalen naar Camping de Rensiwez maar de wandeling gaat hier naar rechts, de stijgende weg op.

Van Rensiwez naar de ruisseau de Martin Moulin De weg draait naar rechts en na deze bocht hou je bij een splitsing links aan. Dit pad daalt af naar een rijweg. Volg deze rijweg naar rechts. Aan de linkerkant is er een stenen muurtje langs de weg. Na een bocht naar rechts begint een tweede stenen muurtje. In een opening van dit muurtje vertrekt een pad, dit pad neem 30

4

4 je. Het daalt nogal onbeheerst af naar een klein beekje. Je steekt dit beekje over en klimt aan de overkant steil omhoog naar een ontginningsweg. Deze weg steek je over en je klimt steil verder, door een sparrenbos. Misschien vind je nog rode stippen op de bomen die de weg wijzen. Bij het einde van dit sparrenbos sla je rechtsaf, een bosweg die verder stijgt langs het sparrenbos. Bij rotsjes draai je met de weg mee naar links. Achter de rotsen hou je rechts aan over een grasweg die zacht verder stijgt. Een keer is er een dalende zijweg rechts, maar je blijft de grasweg volgen. Deze brengt je bij de bosrand en een grote weide. Hier, bij het begin van de weide, verlaat je de grasweg: links zoek je een verborgen bospad dat boven een helling links en langs een sparrenbos rechts loopt. Het pad eindigt na 400 meter op een bosweg. Deze weg neem je naar links. De weg loopt even links langs een plek met lage begroeiing en daalt dan door het bos. De mooie oude weg is nog maar weinig gebruikt. Je komt uit bij een doorwaadbare plaats in de Ourthe. Je steekt de rivier over en je gaat de rijweg naar links op. Na iets meer dan honderd meter verlaat je de weg en je kiest rechts een brede bosweg. Bij de splitsing hou je links aan en je gaat rechtdoor over een vlakke brede halfverharde weg. De weg komt vlak langs de mooie Ruisseau de Martin Moulin te lopen.

Van de ruisseau de Martin Moulin naar Petite Mormont De weg verwijdert zich even van de beek, bij een splitsing kies je de linkerweg en zo kom je weer naast de beek te lopen. Een halve kilometer verder moet je goed uitkijken naar een zijvallei links waar een andere beek, de Ruisseau de Belle Meuse, uitmondt in de Ruisseau de Martin Moulin. Hier moet je de weg langs de beek verlaten en de beek oversteken. Aan de overkant loop je tussen de Ruisseau de Belle Meuse aan je linkerhand en een sparrenbos aan je rechterhand 31

32

4

5

Het graf van de ridder

en je begint aan een steile klim over een rotspad. Aan het einde van de steile klim, na ongeveer 60 meter hoogteverschil, wordt het pad wat vlakker. Kijk goed uit naar een zijpad links, hier moet je scherp afslaan en steil afdalen over boomwortels. Wat verder, bij rotsen links, draai je met het pad mee naar rechts, verder naar beneden. Dit pad brengt je wat verder op een ander paadje, hier sla je rechtsaf en je stijgt weer. Je komt voorbij een bizarre rij rotsen aan je rechterhand. Bij het einde van deze rotsen neem je een goed graspad naar links. Enkele meters voor dit pad steil naar beneden begint te dalen, op de plaats 'Les Brulés au Grand Sart', sla je rechtsaf in een zeer smal pad. Dit pad draait na 15 meter naar rechts en klimt omhoog op een rotskammetje. Bij het einde van dit kammetje daalt het pad links naar beneden door de sparren. Het pad loopt nu in het bos, evenwijdig met de bosrand, en klimt dan naar de

LENGTE: 14 km VERTREKPUNT: Op de Grand Place in Herbeumont AANDACHTSPUNTEN: Steile afdaling naar de Semois over losliggende stenen, gedegenereerd pad langs de Semois met omgevallen bomen, een keer moet je de Semois doorwaden TOPOGRAFISCHE KAARTEN NGI: 67/3-4 (1:20.000)

bosrand. Je loopt even langs grasland, het pad gaat weer het bos in en brengt je zeer snel bij een mooi uitzichtpunt op een rots. Enkele meters voor de rots begint een dalend pad. Dit pad loopt tussen begroeiing en eindigt op een brede weg. Linksaf. Je neemt niet de zijweg rechts maar je blijft afdalen over de rotsweg. Je komt uiteindelijk uit bij de Pont de Pierre waar je de Ruisseau de Belle Meuse oversteekt. Je slaat hier rechtsaf en met de brede weg stijg je naar het gehucht Petite Mormont. Bij vakantieverblijven wordt de weg geasfalteerd. Van Petite Mormont terug naar Filly Op het kruispunt in Petite Mormont sla je rechtsaf in een dalende grasweg. Deze weg eindigt op een straat. Enkele meters naar rechts en dan een zijstraat links in. Je loopt deze straat helemaal uit. Bij het einde van dit circus verdwijnt het asfalt, je loopt even door een bosje en komt dan op een pad door grasland. Je gaat het pad naar links op in de vallei van de Ruisseau de Belle Meuse. Voorlopig zijn er nog enkele tientallen meters tussen het pad en de beek maar na een tijdje komt het pad langs de beek te lopen. Zoals je kan zien, is dit het werkterrein van bevers. Na ongeveer 800 meter naast de beek gelopen te hebben, stijgt het pad weg uit de vallei en brengt je bij de bosrand. Hier verlaat je de bosrand en je slaat linksaf in een weinig gebruikt graspad tussen afsluitingen. Het pad leidt naar een groot huis en schapenweiden. Het officiële pad werd door deze schapenboer ingenomen maar de gemeente Houffalize verplichtte hem in december 2010 om een doorgang van een meer breed vrij te maken. Goed dat dit pad nu weer gebruikt kan worden! Je komt uit op de rijweg. Je steekt hier over en rechts naast het huis met nummer 34 ga je een overgroeid graspad op. Je komt al snel bij een stuk grasland. Er komt een graspad van rechts, maar jij gaat rechtdoor en je steekt het grasland over. Bij het einde van het grasland sla je linksaf langs een afsluiting. Verder blijf je in dezelfde richting verder gaan, over een veld. Bij het einde kom je op een pad dat verder loopt, langs haagbeuk. Wat verder kom je rechts het pad tegen van in het begin van de wandeling.

33

Bij het begin van de wandeling bezoek je de indrukwekkende overblijfselen van de burcht van de graven van Herbeumont. Daarna loop je een eindje over de legendarische oude spoorlijn 163A en over het monumentale viaduct van Conques met zijn zeven bogen. Na het gedeelte op de oude spoorweg brengt een nogal impressionant flankpad je naar een uitzichtpunt boven de Rocher du Moulin, met zicht op de oude watermolen die stamt uit dezelfde tijd als het kasteel. Daarna klimt de wandeling naar het bekende uitzichtpunt bovenop de rotsen van Libaipire. Je kijkt hier neer op het graf van de ridder. Je daalt dan af naar de Semois over een merkwaardig 'pad', langs een beek steil naar beneden. Het pad staat aangegeven op sommige topografische kaarten en op verschillende edities van de plaatselijke wandelkaart. Ook het GR-parcours wordt in de topogidsen verkeerdelijk over dit pad getekend. Op het terrein is echter helemaal niets van dit pad te zien. Je moet opletten voor losliggende stenen op dit benenbrekersgedeelte. Beneden volg je de rivier enkele honderden meters over een volgend interessant pad. Dit avontuurlijke oeverpad is in zeer slechte staat, talloze omgevallen bomen bemoeilijken de doorgang. Na dit hachelijk gedeelte klim je weer weg van de rivier. De bossen herbergen in deze omgeving veel wild. Ooit werden wij er aangevallen door everzwijnen en konden we mouflons observeren. De beklimming verloopt niet over een officieel pad maar volgt de omheining van een afgesloten jachtgebied. De wandeling loopt trouwens gedeeltelijk door dat jachtgebied en daalt dan weer af naar de Semois langs een mooi beekje. Een kort eindje in onbruik geraakt en vervallen oeverpad brengt je bij een plaats waar je de rivier moet doorwaden. Let op, de Semois is hier niet altijd ondiep. De gemeente Herbeumont opende hier in 2010 trouwens

34

5

5

een ingerichte zwemzone in de rivier.

In de buurt van Herbeumont liggen enkele van de machtigste overblijfselen van

De wandeling keert dan terug richting Herbeumont over een mooi pad langs de rivier. Het pad maakt deel uit van de plaatselijke wandeling 'La Pierre Perrin'. De

de oude spoorlijn 163A. Het is altijd een waanzinnig idee geweest om door dit geaccidenteerd landschap een spoorlijn te trekken. De aanleg van de lijn tussen

wandeling is bewegwijzerd maar de toegang wordt regelmatig door een

Bertrix en Carignan startte in 1904 en kostte een fortuin omdat de bedding op

overbezorgde overheid verboden wegens de slechte staat van het oeverpad. De

veel plaatsen diep uitgegraven moest worden en omdat er vele bruggen,

wandeling eindigt met een steile klim. In Herbeumont wachten de terrasjes.

viaducten en tunnels moesten gebouwd worden. Behalve voor de Duitse bezetter

BESCHRIJVING

tijdens de twee wereldoorlogen is de lijn van weinig nut geweest en in 1972 werd ze opgebroken. Voor het monumentale viaduct van Conques in Herbeumont, met

Langs de burchtruïne en het viaduct naar Rocher du Moulin

zijn zeven bogen, waren negen miljoen bakstenen nodig naast de vele grote

Je vertrekt in de Rue des Ponts. Aan het kruispunt steek je de oude spoorweg

kalkstenen blokken. Het viaduct heeft wat last van afbrokkeling en men heeft er

over langs een brug en je volgt de Rue du Château. Even verder rechtsaf met de stijgende grindweg. Aan de parkeerplaats voor bezoekers van de ruїnes stijg je

lelijke metalen hekken op geplaatst. De oude spoorwegtunnel van Conques, even

met de brede hoofdweg verder. Deze brengt je naar de ruїnes van het kasteel

veiligheidsredenen, de tunnel is namelijk in zeer slechte staat. Toch trekken

van Herbeumont. Over de loopbrug kom je echt in de ruїnes waar het fijn rondneuzen is. Van op de zuidoostelijke toren heb je een mooi uitzicht op de

avonturiers ook vandaag nog door de tunnel.

heuvels waar je straks zal lopen.

Je loopt met de oude spoorweg over de N884 en honderd meter verder, bij een

De burcht van de graven van Herbeumont werd opgericht in de 12de eeuw en in de 17de eeuw vernietigd door de Franse Zonnekoning. De versterking heeft een trapezoїdaal grondplan en zware hoektorens. Rond het kasteel werden grachten in de rotsen uitgehakt. In de 16de eeuw onderging het kasteel wijzigingen onder invloed van de ontwikkeling van de artillerie: de muren van de torens werden dikker gemaakt en er werd een terras voor kanonnen aangelegd. Vanop dit terras heb je een mooi uitzicht op de verschillende heuvels die je tijdens deze wandeling zal bezoeken.

verkeersbord dat aankondigt dat het spoorwegtraject 1200 meter verder eindigt,

Na een bezoek loop je weer terug naar de uitgang en onmiddellijk na de loopbrug

je gaat eerst even naar rechts, naar het uitzichtpunt met bank bovenop de

sla je rechtsaf, in een pad dat in de slotgracht loopt. Het pad stijgt. Ter hoogte

Rocher du Moulin.

voorbij het viaduct, is 1350 meter lang en sinds enkele jaren afgesloten om

verlaat je de spoorweg: rechts vind je een verweerd asfaltwegje door het bos. Met dit wegje daal je naar rechts tot op de N884. Je loopt langs de kant van deze drukke weg naar links maar nog voor de brug over de Semois verlaat je de weg: een bewegwijzerd pad stijgt stevig naar links door een sparrenbos. Bij het einde van het sparrenbosje

draait het naar rechts en stijgt met de allures van een

alpien pad steeds hoger in de steile heuvelflank. Het pad brengt je helemaal boven op een bredere bosweg. De wandeling volgt deze bosweg naar links maar

van het einde van de ruїnes loop je enkele meters door tot bij twee deksels van de waterafvoer. Hier daal je schuinlinks af over losse stenen. Bij een volgend

Naar de rotsen van Libaipire

deksel lopen links twee paadjes het bos in, neem het rechtse en dus het laagste

Bij het einde van het alpien pad neem je dus de brede bosweg naar links. Een

van deze paden. Na een scherpe bocht naar rechts en een scherpe bocht naar

zijweg rechts laat je liggen en je stijgt verder, langs een schuilhut. De weg

links moet je goed opletten. Na een vijftigtal meter verlaat je het pad en sla je

brengt je bij een halfverharde weg die je naar links volgt, tot op een kruispunt

haaks rechtsaf en je loopt de heuvel af. Er is hier geen pad meer te zien maar je

van vier wegen. Sla hier scherp rechtsaf in een bosweg, de enige niet verharde

kan zonder problemen door het bos lopen. Een verloren golfplaat lager in het bos

weg van de vier. Je laat een zijpad links liggen en je stijgt verder, de weg wordt

toont je de weg. Beneden bij de bosrand moet je even over grasland, het

nu prachtig hol. Bij een halfverharde bosweg ga je even naar rechts maar vrijwel

asfaltwegje Rue du Château oversteken, en rechtdoor een ander asfaltwegje

onmiddellijk, bij een bank, verlaat je de halfverharde weg en je slaat linksaf in

nemen. Het kan uiteraard zijn dat je, afhankelijk van hoe je precies de heuvel

een bosweg. De weg wordt een bospad. Op een dwarspad sla je rechtsaf en je

afliep, even naar links of naar rechts moet op de Rue du Château om de

komt bij een eerste uitzichtpunt op de rotsen van Libaipire. Wat verder draait het

asfaltweg aan de overkant te nemen.

pad naar links en verder stijgt het naar rechts. Onderaan rechts is een bron waar

Het asfaltwegje brengt je bij een spoorwegbrug over de N884. Je steekt deze

een mooie bergbeek begint. Je volgt het pad verder tot bij een volgend

drukkere weg over en aan de overkant neem je een pad dat klimt naar de oude

uitzichtpunt op de rotsen van Libaipire, met schuilhok. Van hier moet je op je

spoorweg. Je volgt deze spoorweg naar rechts en je steekt wat verder de Semois

passen terugkeren: loop honderd meter terug en duik dan de steile helling af in

over via het viaduct van Conques.

de richting van de bergbeek. Je moet deze beek volgen tot aan de Semois, meer dan honderd meter lager.

35

36

5

5 Langs de Semois Helemaal beneden en nog enkele meters boven de Semois, kom je op een oud oeverpad dat je naar links volgt. Met het oeverpad volg je de bocht van de Semois aan het einde van het graf van de ridder. Na enkele honderden meters op dit pad, als je rechts aan de overkant van het water een sparrenbos ziet, kan je enkele meters hogerop de flank een beter begaanbaar pad vinden waarover je verder de rivier volgt. Op een brede bosweg ga je rechtdoor. Je steekt een beekje over en wat verder laat je een zijweg links liggen. Wat verder draait de weg naar links, een zijvallei van de Semois in. Hier hou je halt want de wandeling verlaat hier de brede weg.

Door een jachtgebied Steek het beekje over en loop in de richting van het sparrenbos. Dit bos is een jachtgebied en is omheind. Je gaat dit gebied niet binnen maar je klimt de berg op langs een spoor dat de omheining volgt. De beklimming is steil. Bijna boven zie je links een klein sparrenbosje, daar loop je naartoe. Je vindt er een bosweg over welke je nog wat verder klimt, evenwijdig met de omheining maar nu op een paar tientallen meters ervan verwijderd. De bosweg vervaagt al snel. Blijf in dezelfde richting doorgaan tot op een splitsing bij een minuscuul driehoekig pleintje. Er staat een beuk op het pleintje met een witte '16' erop. Sla rechtsaf. Wat verder kom je bij een poort van het jachtgebied aan de rechterkant van je weg. Ga niet door de poort maar volg de weg verder naar links. De grasweg loopt evenwijdig met de omheining van het jachtgebied. De weg eindigt op een asfaltwegje. Rechtsaf over het wildrooster in de weg. Slechts 150 meter verder verlaat je het asfaltwegje: je slaat rechtsaf en je gaat door een poort het jachtgebied in. Eens door de poort ga je niet de berijdbare bosweg op maar je kiest onmiddellijk links een grasweg door een sparrenbos. Bij het einde van een jonge plek sparren, 300 meter voorbij de poort, sla je linksaf. De weg loopt eerst langs de jonge plek sparren en gaat dan het bos in. Je komt op een berijdbare bosweg. Hier kan je eventueel de bosweg oversteken en in een 37

38

5

6

Uitzichtpunten langs de Semois

valleitje afdalen, beneden het beekje oversteken en links van de vijver doorlopen tot op een bosweg. De officiële weg volgt echter de berijdbare bosweg naar links, verlaat het jachtgebied door een poort en gaat wat verder bij de bosrand rechts

LENGTE: 17 km

het gebied weer in, door een volgende poort. Zo kom je ook bij de vijver.

VERTREKPUNT: In de buurt van het

De wandeling daalt af in de vallei van de Goutelle des Trois Hêtres en volgt de

kasteel les Epioux in Lacuisine, vlakbij de

mooie beek tot helemaal beneden bij de monding. Hier vind je een mooi plekje

grote vijver, vind je parkeerplaats. Het

langs de oever van de Semois. Er is hier een dam in de rivier en aan de overkant

kasteel bevindt zich even ten westen van de

zie je de oude Moulin des Nawés, nu vakantieverblijf. Loop van aan de rivier

N85 tussen Neufchâteau en Florenville, in

even terug en neem bij het eind van de sparren het pad naar rechts. Het pad is misschien hier en daar nog versperd door omgevallen bomen. Je komt zo weer tot bij de rivier. Het pad langs het water is in verval en onbruik geraakt, nochtans zie je hier en daar nog aanduidingen 'M1' van een vroegere wandelroute. Je moet in deze omgeving de rivier doorwaden, bij het einde van het eiland. Loop eerst langs het water nog even verder tot voorbij een rots.

de Rue des Epioux. AANDACHTSPUNTEN: Het oude pad naar de Roche Pinco is overgroeid en nog moeilijk te vinden, moeilijke oriëntatie in het bos naar de Roche du Chat TOPOGRAFISCHE KAARTEN NGI:

Terug naar Herbeumont

67/3-4 (1:20.000)

Aan de overkant volg je een spoor door een sparrenbos naar rechts. Snel kom je bij de Moulin de Nawés, een oude watermolen die nu omgebouwd is tot vakantieverblijf. Stijg even langs het asfaltwegje. Op de plaats 'Pierre Perrin' verlaat je het asfalt en je daalt over een betonpad tot bij de Semois. Je bent bij een zwemzone in de rivier die in 2010 geopend werd. Je loopt stroomafwaarts verder en al snel bevindt je je op een mooi pad dat de rivier volgt in de heuvelflank. Het pad daalt na een tijd af naar de oever. Links zie je een grotje, de 'Lit la Dame'. Het pad gaat nu weer wat hoger lopen om dan weer af te dalen tot bij de rivier. Het pad stijgt dan weer. Vanaf nu blijf je boven de Semois. Ter hoogte van een weide langs de oever stijgt het pad links weg van de rivier, langs een afsluiting. Je loopt door tot op een asfaltwegje. Ga dit asfaltwegje niet op maar sla scherp linksaf in een bospad. Dit pad stijgt naar de parkeerplaats voor bezoekers van de ruїnes.

39

Lacuisine is een levendig toeristisch centrum. De naam van het dorp herinnert aan de tijd dat de graven van Chiny er hun keukens installeerden voor de maaltijden tijdens grote jachtpartijen. Enkele kilometers ten noorden van Lacuisine strekt zich het grote domein van les Epioux uit. De vijvers zorgden oorspronkelijk voor hydraulische energie, die door watermolens omgezet werd in de nodige aandrijfkracht voor de plaatselijke ijzerindustrie. Men gebruikte de ertsen die men net onder de oppervlakte vond en de bossen leverden brandstof in de vorm van houtskool. Er werden staven geproduceerd van verschillende afmetingen en met een gewicht van ongeveer 50 kilogram. Deze staven werden dan door de plaatsmederijen verwerkt tot gebruiksvoorwerpen. In de grootste vijver spiegelt zich het kasteel van les Epioux uit de 17de eeuw, sober en karakteristiek Ardens. Het werd gebouwd voor de eigenaars van de smederijen. Tussen 1862 en 1871 woonde Pierre Napoléon Bonaparte er, de geschifte neef van keizer Napoléon I. Hij hield er zich bezig met jagen en het schrijven van slechte gedichten. Het domein inclusief kasteel zijn sinds 1921 eigendom van het OCMW van de stad Mons, dat de bossen openstelt voor het publiek en de lucratieve jachtrechten opstrijkt. Het OCMW van Mons kreeg de boel cadeau als erfenis van een zonderlinge boer, die het domein in 1887 gekocht had en de grote som cash betaalde met goudstukken. Er wordt verteld dat de rijke boer zo gierig was dat hij een regenscherm bleef dragen dat vol gaten zat. Toen de provincie Luxemburg begin jaren '80 het kasteel huurde van het de stad Mons, waren er allerlei plannen mee. Zo zou er een natuur- en onderzoekscentrum in ondergebracht worden. Een gasexplosie in 1984 zorgde er 40

6 echter voor dat de plannen niet doorgingen en sindsdien staat het kasteel er wat verkommerd bij. Sinds eind 2007, met het einde van de huurperiode in zicht, is er onenigheid tussen de stad Mons en de provindie Luxemburg over wie nu eigenlijk verantwoordelijk is voor het onderhoud van het kasteel.

6 De wandeling loopt beneden aan de voet van de rots naar rechts, langs de oever. Afdalen kan steil door het bos rechts van de bank (als je met je gezicht naar de Semois staat), ofwel met de bank aan je rechterhand verder rechtdoor langs het kampad en beneden voor een beek rechtsaf.

De eerste en de laatste kilometers loop je in de uitgestrekte wouden van les Epioux. Hoogtepunten van de wandeling zijn drie spectaculaire uitzichtpunten op rotsen langs het water. Vanzelf kom je op de Roche de l’Ecureuil, vanwaar je voor het eerst afdaalt naar de rivier. Naar de Roche de Pinco klim je langs een in onbruik geraakt pad, waar het even uitkijken en zoeken is en misschien een beetje duizelingwekkend. Na enkele kilometers langs de rivier en mooie zijbeekjes kom je in een bos terecht waar het wegennet door boswerkzaamheden onduidelijk is geworden. Een kompas is hier geen overbodige luxe, menig wandelaar liep hier al verloren. Door dit bos moet je de weg zoeken naar de Roche du Chat, het laatste en meest spectaculaire uitzichtpunt op deze wandeling. BESCHRIJVING Naar de Roche de l'Ecureuil Stap weg van de spoorweg met het kasteel aan je rechterhand en de grote vijver aan je linkerhand. Laat bij het kasteel een asfaltweg rechts liggen en sla over de beek in de bocht van de weg rechtsaf, in een bosweg. Je volgt de stijgende hoofdweg door het bos. Boven ga je op een kruispunt rechtdoor en verder bij een ander kruispunt ga je eveneens rechtdoor. Na in totaal 1400 meter op de bosweg sla je bij een bosweg scherp linksaf. Niet meer dan 100 meter verder rechtsaf: je volgt nu een grasweg met een naaldbos aan je linkerkant. De weg brengt je naar de N85. Rechtsaf langs de grote baan. Reeds 150 meter verder sla je linksaf in een berijdbare bosweg. Van rechts komt na een tijdje een rood wit bewegwijzerd pad maar je vervolgt rechtdoor over de brede bosweg. Bij een splitsing ga je rechtdoor, de weg begint nu te dalen hoog in de flank van de Semoisvallei. In een bocht naar links verlaat je de bosweg en je slaat rechtsaf in een bewegwijzerd kampad. Dat brengt je in geen tijd bij het uitzichtpunt op de Roche de l’Ecureuil.

Naar de Roche Pinco Je wandelt dus langs de oever stroomafwaarts. Al snel stijgt het pad naar rechts van de oever weg maar jij wandelt hier rechtdoor, en je blijft beneden langs de oever lopen, dit keer over een weinig gebruikt vissersspoor. Je moet hier waarschijnlijk over en tussen omgevallen en half rotte bomen klauteren. Als het spoor langs het water doodloopt bij een rots in het water, sla je rechtsaf. Een grotje biedt een uitstekende schuilplaats. Je klimt langs de rand van de rots naar boven en je komt hogerop weer op het reguliere pad. Linksaf. Snel kom je uit in een bocht van een berijdbare bosweg en je slaat hier linksaf, licht dalend. Minder dan 200 meter verder moet je de berijdbare weg verlaten: je slaat linksaf in de eerste duidelijke zijweg. Je loopt eerst langs en dan door een sparrenbos. Voor de rivier draai je met de weg mee naar rechts en je loopt nu evenwijdig met de rivier. Er zijn twee beekjes die je oversteekt. Met een sparrenbos voor je slaat de weg haaks rechtsaf, maar op dit punt moet je de weg verlaten. Je moet namelijk naar boven, naar het uitzichtpunt bovenop de Roche Pinco. Recent ontstond er een pad door het sparrenbos naar boven, dat is een eerste mogelijkheid om boven te komen, waarschijnlijk de gemakkelijkste en zeker de kortste. Het oude pad naar boven vind je nog amper terug en is in de zomer overwoekerd. We beschrijven dit oude pad hier voor de spoorzoekers die dit pad toch zouden willen volgen. Loop eerst langs de linkerrand van het sparrenbos en klim dan verder in de richting van de linkerrand van de laagste rotsen op de helling. Aan deze rotsjes volg je het spoor, nu wat duidelijker, schuin links verder de helling op in de richting van grotere en hogere rotsen. Je loopt langs deze rotsen verder en je komt in een vreemd sparrenbos op de helling. Je volgt een smal spoor dat wat afdaalt door het sparrenbos, rechts hou je de rotsen in het oog. Ter hoogte van het einde van de rotsen rechts loop je nog even rechtdoor en dan zoek je een smal spoor in het bos, dat je rechtsaf volgt, stevig stijgend. Er zijn hier verschillende sporen, maar je geraakt zonder problemen boven, bij het uitzichtpunt bovenop de Roche Pinco. Naar de Semois, meer dan 13 kilometer verder stroomafwaarts Aan de bank stijg je nog even verder over een veel gebruikt pad en 50 meter verder sla je rechtsaf in een bospad. Je komt op een ander pad en je slaat weer rechtsaf. Je loopt nu op een GR-pad op een beboste kam en 300 meter verder verlaat je de GR: je slaat linksaf aan een boom met oranje driehoek, richting Lacuisine. Het pad brengt je uit het Bois Communal de Florenville en op de N85. Gewoon oversteken hier en aan de overkant neem je de berijdbare bosweg

41

42

6

6 richting Les Epioux. In een bocht naar rechts blijf je de hoofdweg volgen, bij de volgende splitsing even verder hou je links, onder een electriciteitsleiding. De weg daalt. Eens de spoorweg onder, daalt de berijdbare weg verder naar een beek. Over de beek rechtsaf en enkele tientallen meters verder, ter hoogte van het begin van een vijver aan je rechterkant, verlaat je de hoofdweg en je kiest links een stijgende bosweg. Waar van rechts een andere weg van de vijver komt, sla je haaks linksaf. Deze mooie stijgende weg beschrijft een bocht naar rechts, een zijweg rechts en een volgende zijweg links laat je voor wat ze zijn. De weg wordt vlakker en komt langs een omheind stuk jong bos te lopen. Bij het einde van de omheining laat je een weg rechts liggen en enkele meters verder hou je rechts aan. De weg is hier tijdelijk verhard met keien. Even verder, bij een splitsing in een sparrenbos, hou je links aan. Je komt op een kruispunt van geasfalteerde boswegen. De wandeling gaat op het kruispunt van asfaltwegen rechtdoor en gaat weer het domein Les Epioux binnen, langs een slagboom over een beek. Onmiddellijk kies je dan links een half verharde grasweg. Je blijft lange tijd deze weg volgen, onderweg kom je in een gebied waar blijkbaar veel everzwijnen rondlopen. De weg begint dan af te dalen naar de Semois en wordt een aangename grasweg. Na een bocht naar rechts moet je opletten: in de volgende bocht naar links (er is hier een bewegwijzerde steen) moet je de bosweg verlaten: je loopt er rechtdoor en je kiest een grasspoor rechts. Het spoor loopt tussen hogere sparren links en lagere sparren rechts. Waarschijnlijk moet je hier een eind tussen hoge varens lopen. Dit prachtige pad loopt dood bij een mooi beekje. Je volgt dit beekje naar beneden. Op het einde moet je aan de rechterkant van de beek gaan lopen en je komt uit op de brede oeverweg langs de Semois. Rechtsaf.

Naar de Roche du Chat Na 400 meter op de oeverweg sla je, bij een rots, rechtsaf in een pad dat eerst langs en dan door een beek loopt. Bij een andere weg ga je naar rechts en je steekt de beek dus over. Je volgt deze beek tot bij de bron, 1300 meter verder en 100 meter hoger. Om hier te komen laat je een keer een stijgende weg links liggen en neem je, bijna helemaal boven, op een kruispunt links een verharde 43

44

6

7

Le Jambon de la Semois

bosweg. De bron van de beek, genaamd 'Mêchenant Fontaine', bevindt zich bij een kleine asfaltweg van Laiche naar Les Epioux. Je volgt deze asfaltweg 300 meter naar links en je slaat dan rechtsaf in een bosweg. 100 meter verder, bij

LENGTE: 17 km

het eind van een sparrenbos rechts, is er rechts een bosweg. Je neemt deze

VERTREKPUNT: Aan de kerk in Membre,

zijweg niet maar je gaat nog even rechtdoor. Amper 50 meter na het sparrenbos

deelgemeente van Vresse-sur-Semois, in de

sla je rechtsaf in een bosweg. Er komt op deze plaats ook een bosweg van links.

zuidoostelijke laars van de provincie Namen.

Je blijft steeds de duidelijkste weg volgen, de richting is noordwest en op het

AANDACHTSPUNTEN: Veelvuldige grote

einde west-noordwest. De weg eindigt op een bewegwijzerde dwarsweg, gele

hoogteverschillen over steile paden, een keer

driehoek. Je hebt hier door de bomen reeds zicht op de andere oever van de

de Semois doorwaden, moeilijk vindbaar pad naar het uitzichtpunt op de Jambon de la

Semois. Je slaat rechtsaf. Je moet deze bosweg een eind volgen, maar voor de Roche du Chat moet je na ongeveer 150 meter de bosweg even verlaten: een

Semois

pad naar links leidt naar het uitzichtpunt. Het begin van dit pad is aangeduid met een wandelbordje richting 'point de vue'. Het bordje hangt aan een boom aan de

TOPOGRAFISCHE KAARTEN NGI: 63/7-8

rechterkant van de bosweg en is geplaatst voor wandelaars die uit de andere

(1:20.000)

richting komen.

Terug naar Les Epioux Van op de Roche du Chat loop je langs hetzelfde pad terug naar de bosweg en je volgt deze dus naar links. Waar de weg begint te dalen en zich eventjes in twee splitst, sla je linksaf in een bosweg. De bosweg daalt. Waar een bosweg van rechts komt, hou je links aan. Wat verder laat je een zijweg links liggen en je gaat rechtdoor een graspad op. Dit mooie en soms drassige pad brengt je na 600 meter weer op de kleine asfaltweg van Laiche naar Les Epioux, bij Trois Chênes. Hier steek je gewoon over. De half verharde bosweg volg je nog iets meer dan een kilometer.

45

De Semoisvallei van Bouillon tot bij de Franse grens is een landschappelijke en toeristische topper. In de vallei van de koningin der Belgische rivieren is het gezellig vertoeven in verschillende dorpjes zoals Alle, Vresse, Membre, Bohan. In de eerste helft van de 20ste eeuw bracht de tabaksteelt, die zich uitstekend leende tot verbouwing op de schrale gronden, welvaart in de vallei. We vertrekken in Membre en zetten meteen de toon van deze wandeling met een steile klim. Ingesloten door de meander van de Semois tussen Membre en Bohan ligt namelijk een 140 meter hoge berg. Ook op de terugweg kom je deze berg onvermijdelijk weer tegen. Over de rotsige kam met de Table des Fées, een overblijfsel van een Keltische nederzetting, daal je af naar de Semois. Hier waad je de rivier door. Na de oversteek moet je een in onbruik geraakt pad zoeken dat over de steile helling langs de Semois meer dan 150 meter hoger klimt naar het grandioos uitzichtpunt van de Jambon de la Semois, genoemd naar de vorm van de Semoismeander aan de voet ervan. Hoog in de flank gaat het naar de ruisseau de Sautou, een beek die soms de allures van een wilde bergstroom aanneemt. De afdaling langs de beek is steil en glad. Weer in de flank hoog boven de Semois loop je door het natuurreservaat van Bohan-Membre. Dit is een van de weinige plaatsen in ons land waar moeflons leven. Bohan is het laatste dorp langs de Semois op Belgisch grondgebied. Je vindt er gezellige cafés en eethuizen. Een veelgebruikt pad brengt je naar de Roche la Dame, vanwaar je uit de hoogte neerkijkt op het dorp en de omliggende heuvels. Het mooiste uitzichtpunt van de wandeling, 'La Cuve', volgt wat verder. Er werd een uitkijktoren gebouwd. 46

7 BESCHRIJVING

7 De veelvuldige nevels in de Semoisvallei gaven de tabak bij het drogen in open lucht een onvergelijk-

Naar de Table des Fées

baar aroma. De tabak van de Semois, dikwijls ter

Vertrek aan de kerk, daal af over de hoofdweg en steek de Semois over. Wat verder sla je rechtsaf richting Bohan, over de Ruisseau de Membre. Voorbij de

plaatse versneden en verpakt, werd over de hele

overdekte picknickplaats verlaat je de rijweg en je slaat linksaf. Neem niet het

smokkelaars

dalende pad dat afdaalt naar de beek maar volg de stijgende bosweg. Aan de

grensstreek zeer actief. In verschillende plaatselijke

splitsing hou je rechts aan in het stijgende pad. Let goed op: niet veel verder

cafés herinneren oude foto's aan dit welvarend

moet je deze weg verlaten en scherp rechts afslaan in een weinig gebruikte en

verleden. Na de tweede wereldoorlog raakte de

overgroeide grasweg. De weg loopt vlak in de flank. Ter hoogte van een huis en

tabaksteelt in verval door de inhaligheid van de

een bronnetje rechts sla je met een pad linksaf. Het pad wijkt snel uit naar rechts

belastingen, het overschakelen van pijp op sigaret en

om dan linksaf aan een steile beklimming op een rotskam te beginnen. Op het einde, meer dan 120 meter hoger, wordt het pad vlakker en minder rotsig

de concurrentie van buitenlandse soorten. Tegenwoordig heeft de tabak nog slechts een symbolisch bestaan, geduldig

en brengt je op de plaats 'Les Huit Semois'. Enkele meters verder staat een bank

verdedigd door een laatste groep planters en fabrikanten. Getuigen van de

en nog wat verder zie je een pyloon. Nog voor de bank moet je rechtsaf slaan in

welvarende periode van vroeger zijn de talrijke droogschuren met hun verroeste

een pad dat stevig dalend de berg weer afloopt. Je bent snel beneden en op een

daken, die in september in vervlogen tijden hun magische geur verspreidden. In

splitsing ga je naar links tot op een verharde weg. Volg deze weg naar rechts. Je

de bocht van Quelhan kan je soms nog tabak zien drogen in een van de schuren,

loopt tussen huizen. Bij een pyloon wordt de wegbedekking asfalt en je loopt

maar de meeste schuren staan doelloos leeg tussen de vakantiehuisjes en

verder tot op de rijweg die Membre met Bohan verbindt.

campings van vandaag.

Steek de weg over en neem aan de overkant een bosweg naar links. Je bent op de 'Col du Fiancés du Chatelet'. De weg stijgt eerst wat en wordt dan een grasweg die je mooie uitzichten biedt. De weg eindigt op een andere grasweg, rechtsaf hier. Voorbij twee bankjes draait de bosweg naar rechts maar je verlaat hem hier: je gaat rechtdoor een pad op dat over de rotskam loopt. Op de plaats 'Le Chatelet' kom je in het gebied van de 'Table des Fées'. Het pad loopt links van de rotsen langs een eik en een beuk die elkaar omarmen en verder over de kam. De kam tekent zich nu links en rechts van je heel scherp af. Als je goed kijkt zie je de Semois zowel links als rechts beneden. Je komt bij een mooi uitzichtpunt op een rots waar je neerkijkt op de meander 'Quelhan'. Het pad loopt links van deze rots verder maar je kan ook rechts van de rots gaan, er is een mooie doorgang vlak langs de rotsen. Je komt zo bij 'La Cheminée'. Nu moet je wel met het pad links van 'La Cheminée' verder gaan en over de kam dalen door een zeer mooie omgeving.

wereld geëxporteerd. Iedereen 'deed in tabak' en van

de

rookwaar

waren

in

deze

Naar le Jambon de la Semois Bijna beneden ga je naar links over een pad langs een weide en je komt uit op een grasweg. Linksaf, na 150 meter linksaf op asfalt en na nog eens 150 meter sla je scherp rechtsaf, een kiezelweg langs de Semois. Je loopt nu een tijdje tussen buitenverblijven en je blijft de weg volgen tot aan de Semois. Hier steek je de rivier over. Loop in het water eventueel eerst wat stroomafwaarts om dan naar de andere oever te gaan, in de richting van de monding van een beek. Aan de overkant, bij de monding van de beek 'Le Sautou', volg je een mooi oeverpad naar rechts. Al snel verwijdert dit pad zich van het water. Je loopt door een plek met dichte begroeiing en nadien door jong bos. Het pad steekt een beekje over. Hier moet je even goed uitkijken: je loopt langs een kleine rots en nadien langs een grote rotspartij. Ongeveer twintig meter voorbij deze grote rotspartij moet je een pad zoeken dat links de steile heuvel oploopt. Misschien is het begin van het pad nog aangegeven met een pijl 'Belvédère Le Jambon'. Oude klodders blauwe verf en aanduidingen van een oude wandelroute '55' helpen je om op het juiste pad te blijven. Het pad zigzagt, de globale richting is eerst noordoost, nadien oost en ten slotte zuid. Het pad leidt naar het terecht beroemde uitzichtpunt 'Le Jambon de la Semois'. Met je rug naar de vallei loop je tot op de rijweg. Slechts heel even volg je de weg naar links: zeer snel verlaat je de weg en je neemt aan de rechterkant een grasweg. Je loopt langs enkele grasvelden aan je rechterhand afgewisseld met stroken bos. De weg brengt je voor een groot veld, dicht bij de rijweg. Sla bij de afsluiting van het veld linksaf en loop door het bosje tot op de rijweg. Steek de

47

48

7

7 weg over en neem een bewegwijzerd en smal bospad dat afdaalt naar een beekje. Aan de overkant van het beekje volg je het mooie pad dat nu hoog in de flanken van de vallei loopt. Het pad is niet altijd goed zichtbaar. Vooral als je omgevallen bomen omzeilt, moet je soms goed uitkijken om het pad niet kwijt te raken. Onthou dat het pad in de flank steeds op min of meer dezelfde hoogte blijft lopen. Uiteindelijk wordt het pad breder en stijgt wat. Op de plaats 'Al Houline' maakt de bosweg een bocht naar rechts, hier moet je de weg verlaten en een bospad links kiezen. Enkele tientallen meters verder draait het pad naar rechts en een dertigtal meter verder moet je het pad verlaten en links een pad nemen dat nogal wild afdaalt tot bij de beek Le Sautou. Misschien hangt er bij het begin van het pad nog een wandelaanduiding. Volg de beek stroomafwaarts. Bij een overhangende rots kan je schuilen. Blijf links van de beek. Wat verder moet je wat afklimmen over kleine rotsjes langs de beek. Nadien kom je weer even op een gemakkelijker pad maar let op: bij een bemoste rots, net voor een wandelpijltje, sla je rechtsaf in een pad dat zeer steil naar beneden loopt en de beek van dichtbij volgt. Je volgt de beek tot bij de monding in de Semois.

Door het natuurreservaat van Bohan-Membre De wandeling volgt nu de Semois naar rechts. Het pad vertrekt aan de monding van Le Sautou en loopt onmiddellijk omhoog, langs en over rotsen. Het pad brengt je steeds hoger in de flank tot bij een zalig vlakke bosweg die je naar links volgt. Je volgt de weg tot op het einde, op een rijweg. Volg deze rijweg naar links maar verlaat hem reeds 200 meter verder en neem een stijgende bosweg aan de linkerkant. Op een splitsing neem je links. Het mooie pad stijgt eerst nog even en daalt nadien. Bij de eerste huizen van Bohan-sur-Semois sla je linksaf: een grasweg brengt je bij een bank waar je een pad vindt dat afdaalt naar een asfaltwegje. Dit wegje steek je over en je daalt af naar de speelweiden langs de Semois. Rechtsaf tot bij de brug die je beklimt en waarmee je de rivier oversteekt. 49

50

7 Naar uitzichtpunten boven Bohan-sur-Semois Aan de overkant daal je rechts af naar de Rue du Herdier en je volgt dit doodlopende straatje. Waar het asfalt stopt sla je rechtsaf en je loopt over de betonnen oprit van het huis met nummer 144. Voorbij het huis steek je een kanaaltje over en je slaat dan bij een afdakje linksaf, een pad langs het kanaaltje. Kijk uit: reeds na enkele meters sla je rechtsaf in een stijgend en bewegwijzerd boomwortelpad. Dat pad loopt omhoog in de rechterflank van de berg. Op een splitsing volg je naar links het stijgende pad. Hier begin je aan een lange klim. Bij de eerstvolgende splitsing, een gans stuk hoger, sla je met de bewegwijzering rechtsaf. Al snel kom je op een soort kammetje. Rechts moet er hier vroeger een uitzichtpunt geweest zijn, nu hebben de bomen het zicht weggenomen. Sla hier linksaf en stijg op de kam verder. Kijk uit naar een niet bewegwijzerd pad rechts enkele tientallen meters verder, dat neem je. Het pad brengt je weer op het bewegwijzerde pad waarmee je naar rechts stijgt tot bij het kruis op de Roche la Dame. Met de rug naar het kruis volg je de vlakke bosweg die zich van de vallei verwijdert. Honderdvijftig meter verder kom je bij een kruispunt met een bank: sla hier af in de eerste weg links, een bosweg die vlak in de flank loopt. De weg daalt af naar een brede stenige weg waarboven een kleine electriciteitsleiding loopt. Je steekt de weg over en je volgt een grasweg die snel het bos weer inloopt en zacht stijgt. Bij een splitsing laat je een stijgende weg rechts liggen en je draait dus mee naar links. Even verder hou je op de splitsing rechts aan, richting 'Belvédère'. Het pad brengt je bij de uitzichttoren op 'La Cuve'.

7 Loop weg van de toren over de brede weg. Deze loopt al snel door een sparrenbos. Een kleine 400 meter na de uitzichttoren sla je op de eerste grote splitsing linksaf, in een brede bosweg. Deze leidt je over de top van de berg en naar een rijweg. Je loopt niet tot op de rijweg: even ervoor, op de plaats 'la Suette', sla je af in de uiterst linkse weg, een grasweg. De weg loopt onmiddellijk weer het bos in en daalt zacht. Op een splitsing hou je links aan en je volgt de weg in de linkerflank van een vallei, je hebt hier mooie uitzichten. De weg loopt weer het bos in. Bij een splitsing hou je rechts aan. Na een bocht naar links brengt de weg je weer op de stenige weg met de electriciteitsleiding. Volg deze weg naar rechts. Je loopt voorbij een pompstation en je daalt verder af tot bij een huis. Hier ga je naar links tot op de rijweg. Over de berg terug naar Membre Op de rijweg ga je naar rechts, je passeert een bidplaats. Net uit de bebouwde kom van Bohan-sur-Semois verlaat je de weg en je slaat scherp linksaf in een brede en stijgende steenslagweg. Je komt langs een buitenverblijf en je moet hier goed opletten: bij het begin van een bocht naar rechts loopt een electriciteitsleiding over de weg. Hier moet je rechtsaf slaan in een zeer steil pad dat op de kam de berg oploopt. Honderdtwintig meter hoger eindigt het pad op een bosweg. Linksaf, je stijgt nog licht verder. Bij de pyloon van in het begin van de wandeling laat je het pad naar de bank links liggen en je volgt de bosweg verder. Een kleine 250 meter verder sla je linksaf in een bosweg. Deze bosweg vind je nog voor een grasland links van de weg. De bosweg brengt je bij een minder gebruikte weg die je naar rechts volgt. Na 700 meter kom je op een splitsing in een valleitje: rechts van de weg staat een opvallende beuk en enkele meters verder een sympathiek bankje. Op deze splitsing sla je linksaf in een dalende bosweg die boven een mooie vallei loopt. In een scherpe bocht naar rechts sla je af in de tweede weg links, een mooi dalend pad. Wat lager loopt het pad door een valleitje en daalt dan verder af naar Membre.

51

52

8

De rotsen van le Hérou

LENGTE: 12 km VERTREKPUNT: Het kleine centrum van Nadrin ligt aan de N860 tussen La Roche-en-Ardenne en Houffalize. Je vindt er een toeristisch informatiekantoor. De wandeling vertrekt op de ruime parking bij Le Belvédère, anderhalve kilometer ten westen van het centrum. AANDACHTSPUNTEN: Enkele steile paden, een paar technische passages langs rotsen, een paar moeilijk vindbare paadjes TOPOGRAFISCHE KAARTEN NGI: 60/3-4 en 60/1-2 (1:20.000)

Even stroomopwaarts van de samenvloeiing van de westelijke en oostelijke Ourthe bevindt zich een wild natuurlandschap rond de rotsen van le Hérou. Dit landschap is sinds 1937 beschermd. Het bekende uitzichtpunt van de 5 Ourthes in Nadrin biedt een uitzonderlijk panorama op deze omgeving. De rotsen bevinden zich op een smalle bergrug, volledig ingesloten door de Ourthe. Ondanks de beperkte lengte mag deze wandeling niet onderschat worden en dient men er voldoende tijd voor uit te trekken. In het eerste deel van de wandeling vallen er op de rotsen vele schitterende plekken met uitzichten te verkennen. Voorbij het eerste druk bezochte gedeelte kom je langs enkele minder bekende plekken op de rotsen. De paden zijn hier zeer steil en een beetje technisch. Het lange gedeelte langs de oever verloopt over een mooi oeverpad, nergens moeilijk maar zelden vlak. De Ourthe is hier op haar mooist. We verlaten dan de rivier om naar Le Cheslé te klimmen, een oude Keltische

8 kleine honderd meter in dezelfde richting verder afdalen, dwars door het bos. Met zekerheid kom je dan lager uit op een mooi pad. Dat pad neem je naar rechts. In geen tijd brengt het pad je naar het uitzichtpunt François Remy. Hier heb je reeds zicht op de rotsplaten van Le Hérou. Volg het pad verder, het stijgt naar de gewone weg die van de uitzichttoren en de parking komt. Hier sla je linksaf. Je daalt en blijft links aanhouden over de kam. Vlug kom je dan bovenop de rotsen bij een eerste van vele uitzichtpunten die je op deze rotskam zal tegenkomen. Je houdt hier links aan en je volgt het pad dat over de rotskam loopt. Links van het pad kan je naar verschillende uitzichtpunten op de rotsen. Het pad brengt je op een plaats waar je, als je naar links terugkijkt, een goed zicht hebt op de hoge verticale rotsmuur. Er loopt hier een met een ketting beveiligd pad naar beneden, maar dat pad neem je niet. In deze omgeving loopt ook een pad rechts naar beneden, maar ook dat pad neem je niet. Je blijft de rotskam verder volgen, de kam wordt nu volledig bebost. Een paar keer wijkt het pad wat uit naar rechts, maar altijd keert het nadien naar links terug naar de kam. Ongeveer vierhonderd meter voorbij het einde van de rotsmuur moet je uitkijken naar een opvallend grote spar waarvan de stam zich splitst. Deze boom bevindt zich links van het pad. Enkele meters voorbij de boom loopt een pad links naar beneden, maar jij volgt de kam nog getrouw verder. De kam begint te dalen en draait naar links. Een klein pad daalt langs rotsen rechts van het pad. Het pad stijgt dan weer en brengt je bij enkele mooie verborgen uitzichtpunten op de rotsen. Je kan hier niet verder, keer even terug naar de plaats waar het pad begint te stijgen en sla hier rechtsaf, een pad dat heel steil naar beneden loopt. Misschien hangt er nog een touw langs het pad dat je wat helpt. Beneden aan de Ourthe volg je het geaccidenteerde oeverpad naar rechts. Op een plaats moet je enkele meters over een rots die schuin tot in het water steekt. Je volgt het pad tot in de top van de meander. Er is hier een open plek in het bos met dikwijls sporen van een kampvuur. Hier verlaat je het oeverpad en je slaat rechtsaf, een smal pad dat steil de berg oploopt.

vesting. Het laatste deel van de wandeling verloopt hoog in de beboste flanken van de Ourthevallei en bevat nog enkele steile beklimmingen. BESCHRIJVING Naar en over de rotskam van Le Herou Ga met je gezicht naar de eik op de parking en naar de uitzichttoren staan. Draai 90 graden naar links, steek de straat over en ga naar een electriciteitspaal bij de bosrand. Er zijn hier enkele betontrapjes. Rechts naast deze trapjes ga je het bos in over een grasweg die de bosrand volgt. Al snel is het gedaan met de grasweg en je moet hier even zonder pad verder. Wijk even kort uit naar rechts en dan naar links tot je in een sparrenbos komt. Door dit sparrenbos moet je rechts afdalen. Bij het einde van het sparrenbos moet je over een afstand van een 53

54

8

8 Boven kom je bij een uitzichtpunt rechts. Je volgt de kam verder. Een rots die het pad verspert omzeil je aan de rechterkant, je moet hier even kort afklimmen over de rotsen. Je klimt dan weer de volgende rotsen op. Een rotspunt omzeil je ook aan de rechterkant, let op, het pad is hier zeer smal en loopt vlak langs een afgrond. Hierna kom je bij een hoge schuin oplopende rots, voorzien van klimhaken. Van op deze rots heb je prachtige uitzichten. De wandeling verlaat hier de rotskam en daalt, net voor de grote rots en bij een gespleten kleine rots, via een steil pad af naar de oever van de Ourthe. Rechtsaf. Langs de oever naar Le Cheslé Je blijft het oeverpad nu anderhalve kilometer volgen, tot bij het begin van een braakliggende weide en een doorwaadbare plaats in de Ourthe. Er begint hier een brede weg die je naar rechts volgt, langs de weide. Bij het einde van de weide moet je in het sparrenbos links uitkijken naar een beekje, langs dit beekje loop je door het sparrenbos tot aan de rivier. Bij de Ourthe sla je rechtsaf, je steekt het beekje over en je volgt een onzeker paadje langs de oever. Dit paadje leidt naar een meer gebruikt pad dat je naar links volgt. Weer volgt hier een gans eind langs de rivier, wel twee kilometer lang. Onderweg kom je langs de monding van de mooie beek Vermoulin. Ongeveer een kwartier stappen voorbij de Vermoulin begint de Ourthe aan een bocht naar rechts, er is hier een eiland in de rivier. Ter hoogte van het begin van dit eiland moet je de oever verlaten en de berg oplopen. Het pad maakt deel uit van verschillende bewegwijzerde wandelroutes maar is toch zeer steil en niet altijd gemakkelijk te vinden. In elk geval moet je naar de top van de berg. Lang voor je helemaal boven bent zie je reeds een deel van de gerestaureerde verdedigingsmuur, bij die muur moet je boven komen op een bosweg. Er staat hier een bank. Op de plaats 'Le Cheslé' bevond zich een Keltische vesting van 13 hectare groot, bewoond tussen de achtste en zesde eeuw voor Christus. De dubbele vestingmuur is meer dan 1750 m lang. De Legende van de gouden 'Gatte' vertelt dat in een put in Le Cheslé een fabelachtige schat ligt die elk jaar aan de oppervlakte komt op Kerstdag, na de twaalf klokslagen van de middernachtmis. Wie de schat wil vinden, moet een zwarte kip in de afgrond gooien en de koffer nemen zonder een woord te spreken. Langs beken en door sparrenbossen Volg de bosweg naar rechts. Bij de splitsing hou je rechts aan, een minder gebruikte bosweg. Snel kom je bij een bank en een uitzichtpunt. Volg het pad verder. Het pad loopt bovenaan de steile helling en komt op de kam te lopen. Je komt op de plaats 'Le Cheslé', aan de rechterkant van de restauratiewerken bij de poort van de vesting. Je stijgt even je loopt tot op een rots met een uitkijkpunt. Met je rug naar de vallei daal je even af en je volgt dan een pad naar rechts, naar een nabijgelegen uitzichtpunt, met een bank. Achter deze bank daal je af naar een pad, dat je verder naar rechts volgt. Je kan oude gele merktekens

55

56

8

9

De Calestienne

volgen. Het pad komt weer op een kam te lopen. Bij het einde van de rotsige kam draait het pad naar links en brengt je op een kruispunt in hoge sparren. Hier sla je rechtsaf in een grasweg. De grasweg loopt hoog in de flank. Bij een splitsing verlaat je de grasweg en hou je rechts aan, over een pad dat in dezelfde richting verder loopt. Na een tijd draait het pad naar links, een zijvallei van de

LENGTE: 17 km VERTREKPUNT: Aan de kerk van het sympathieke stadje Nismes in de

Ourthe in. Je daalt tot op een ander pad dat je naar links volgt, evenwijdig met

zuidwestelijke laars van de provincie Namen.

een beek. Je gaat door tot bij de beek.

Misschien staat er wel nog een spar met een grote gele '8' erop, bij het begin

AANDACHTSPUNTEN: Passages door rotsputten, klimpartij over rotsen naar de Roche aux Faucons, steile afdaling van de Roche aux Faucons en van de ruïnes van Haute Roche, enkele zeer steile paden, twee keer facultatief de Viroin doorwaden

van het zijpad aan de linkerkant. Het pad stijgt. Boven ga je in sparren naar links

TOPOGRAFISCHE KAARTEN NGI:

Steek de beek over en neem aan de overkant een pad dat zeer steil naar boven loopt. Na een eerste steil gedeelte kom je voor een sparrenbos te staan. Hier sla je linksaf, een pad dat in de flank verder stijgt. Ongeveer 80 meter verder moet je afslaan in een zijpad rechts. Je moet heel goed uitkijken om dit pad te vinden.

op een grasweg. Slechts 80 meter verder moet je de grasweg verlaten: twintig wandelpassen voorbij het einde van de sparren sla je rechtsaf in een grasspoor

58/5-6 (1:20.000)

dat langs de rand van een gekapte vlakte loopt. Bij het einde van de gekapte vlakte draait het pad naar links, en blijft even op gelijke hoogte lopen. Wat verder sla je rechtsaf en je daalt over een pad door lage begroeiing. Bij het einde van de plek met lage begroeiing sla je linksaf en je stijgt door een sparrenbos. Een ander pad neem je naar rechts, en je stijgt verder door de sparren. De weg verbreedt, brengt je het bos uit en draait naar links. Weer moet je goed opletten: enkele meters voor aan de linkerkant van de weg een grasland begint moet je rechtsaf slaan in een smal graspad tussen jonge sparren. Het pad begint te dalen. Op een splitsing sla je linksaf in een graspad langs de rand van een sparrenbos. Je ziet de huizen van Nadrin al liggen. Aan je rechterhand is er een grote gekapte vlakte. Het pad draait verder naar rechts, langs de rand van de gekapte vlakte, en daalt. Beneden steek je een beekje over en je stijgt tot op een brede weg. Even naar links maar bij een bank verlaat je reeds de weg en je slaat scherp rechtsaf in een grasweg. De weg is vlak en brengt je weer naar een bos. In het sparrenbos loop je verder over een dalend pad. Het pad loopt dan vlak in de flank verder. Nog een keer sla je linksaf, een stijgend pad dat je naar het eindpunt van de wandeling brengt.

De Calestienne is kalkzoom van enkele kilometers breed gelegen tussen de Naamse Fagne in het noorden en de Ardennen in het zuiden. Een groot deel van Viroinval maakt deel uit van het natuurpark Viroin-Hermeton, een paradijs van botanici en ornitologen. Doordat water kalksteen oplost vinden we in de Calestienne veel grotten en gaten. Het water dringt hier snel door de kalklaag de grond in en zorgt ervoor dat deze streek sneller dan andere opwarmt. Daardoor kon zich hier een mediterane vegetatie ontwikkelen. Verder is de streek bekend om de droge kalkgraslanden op de zuidhellingen van de heuvels. De laatste jaren worden deze graslanden hersteld: grazers worden ingezet en nergens anders kappen

natuurbeheerders

zoveel

bossen.

Op

deze

graslanden

groeien

verschillende zeldzame planten. De wandeling maakt ook een ommetje naar de Roche Trouée. Er zit inderdaad een gat in de rots, en op deze wandeling kruipen we erdoor. Het pad naar de rots loopt over een kalkgrasland waar tussen april en mei massa’s orchideeën groeien. Een beetje voorzichtig moeten we zijn bij de klim over de rotsen naar het uitzichtpunt bovenop de Roche aux Faucons, boven de Viroin. Misschien heb je wel het geluk om op deze rotspiek te zitten net wanneer er een stoomtrein door de vallei tuft. De chemin de fer des trois vallées maakt deel uit van een netwerk dat halfweg de negentiende eeuw uitgebouwd werd om de natuurlijke rijkdom uit het gebied tussen Samber en Maas te vervoeren naar Charleroi en verder. We komen op deze wandeling langs twee steengroeven, namelijk Frimoye en Prosper. De eerste is nog in gebruik, al is de activiteit vandaag nog slechts kleinschalig en beperkt. Anders was het rond 1930, toen er 76 personen tewerkgesteld waren in deze groeve. De tweede groeve wordt nog slechts

57

58

9 gebruikt door buitensportorganisaties. De loodrechte muur leent zich uitstekend

Enkele tientallen meters verder kom je namelijk bij een graspleintje met banken

voor rappel. Bovenaan deze muur is voorzichtigheid geboden: er gebeurden al

aan de rechterkant van de weg. Hier kijk je neer op de Matricolo, de grootste

vele ongelukken.

abannet. Wie tegen een schrammetje kan, kan in deze enorme put afdalen.

In Dourbes bezoeken we de ruïnes van Haute Roche, gelegen op een vijftig

Tussen de twee banken vind je een pad dat afdaalt. In de zomer kan het pad

meter hoge rots. Deze burcht zou hier in de negende eeuw gebouwd zijn, maar

door begroeiing moeilijk toegankelijk zijn. Het pad brengt je helemaal beneden in

het ontstaan is onduidelijk. Zeker is dat we op de ruïnes een prachtig uitzicht

het diepste van de put, een heerlijke wildernis. Baan je een weg naar links tot bij

krijgen op de vallei van de Viroin en op Dourbes. Het dorp Dourbes is zo ver

een bemost rotsblok van ongeveer een meter hoog. Achter dit blok loopt

gelegen van elektrische en magnetische storingen dat het Centre du Physique du

schuinrechts een steil pad omhoog. Bijna boven ga je even naar links en dan stijg

Globe deze plaats uitkoos voor het observeren en onderzoeken van verschillende

je door een rotsgangetje weer tot op het plateau.

geofysische fenomenen.

Loop na het bezoek aan de Matricolo weer terug richting grasland en neem net

Deze wandeling loopt over boswegen en -paden en heeft enkele passages langs,

ervoor de eerder genoemde bosweg. Maar let goed op: reeds na 50 meter verlaat

over en tussen rotsen en ruïnes. Ook krijg je enkele zeer steile hellingen, zowel

je de bosweg en je slaat linksaf in een smal spoor. Na enkele meters merk je een

omhoog als naar beneden, voorgeschoteld. Twee maal kan je de Viroin

boom met een blauwe stip langs dit spoor. Je loopt helemaal rond de Matricolo.

doorwaden maar bij beide gelegenheden worden ook alternatieven over land

Op het einde loop je tussen de put en een sparrenbos en dan eindigt het spoor op

beschreven.

een brede bosweg. Linksaf en onmiddellijk rechts op de splitsing. De bosweg

We starten in het stadje Nismes, de enige plaats van enige commerciële

brengt je naar een bredere weg. Steek deze weg over en loop een bosweg in.

betekenis in de vallei. De terrasjes lenen zich uitstekend om bij een Super des

Deze brengt je al snel in naaldbos en je moet het eerste zijpad rechts nemen. Dit

Fagnes het plaatselijke leven gade te slaan. In Nismes, waar het riviertje Eau

mooie en rechtlijnige pad brengt je bij een splitsing van paden, bij een bank. Je

Noire weer aan de oppervlakte komt na een nog niet steeds niet verkend

laat het pad links en het pad rechts liggen en je daalt af richting huizen. Via

ondergronds gedeelte, is het altijd goed vertoeven. Je kan er zelfs met een

enkele trapjes kom je op asfalt.

bootje door het prachtig aangelegde stadspark rondvaren.

Steek de brug over de Eau Noire over en ga verder rechtdoor tot op een T-

BESCHRIJVING Naar de Fondry des Chiens Vertrek met de rug naar de kerk, steek de hoofdstraat over en ga rechtuit in de Rue Vieille Eglise. Je komt voorbij het kantoor voor toerisme van de gemeente Viroinval. Het tweede steegje links, de Rue d'Avignon, brengt je bij de 'résurgence' van de Eau Noire, een mooi extraatje. De wandeling slaat wat eerder af in het eerste steegje aan de linkerkant, tussen nummers 5 en 7. Je steekt de Eau Noire over en slaat tussen 3 en 5 rechtsaf in een geasfalteerd paadje, richting 'Arboretum'. Bij een huis sla je linksaf en je stijgt verder tussen stenen muren. Snel krijg je een mooi uitzicht op het stadje. Het pad steekt een kloofje over en hier sla je rechtsaf: kies het meest rechtse van de twee paden. Het pad brengt je in het kloofje en beschrijft een scherpe bocht naar rechts, voorbij de bocht zie je links een gedenkplaat. Het pad loopt weer richting vallei en brengt je snel bij een uitzichtpunt met bank. Bij de bank loopt het pad het bos in, weg van de vallei, en komt uit op een ander bospad. Scherp linksaf op dit pad. Ter hoogte van het kloofje waar je zonet liep, sla je rechtsaf in een vlak en rechtlijnig pad door kreupelhout. Het pad loopt evenwijdig met grasland. Na 350 meter eindigt het pad op een brede bosweg die je naar links volgt. Net voorbij het grasland is er een bosweg rechts. De wandeling slaat straks af in deze bosweg, maar loop eerst nog even door. 59

9

kruispunt. Linksaf in de rue Sainte-Anne en even verder rechtsaf in de rue Orgeveau. Minder dan 100 meter ver in de straat moet je rechtsaf slaan in een smal pad. Dat kronkelt tussen afsluitingen en komt bij een alleenstaand huis aan het bos. Kies hier de weg die verder omhoog het bos inloopt. Altijd rechtdoor tot bij de bosrand. Rechtsaf hier en je staat voor de Fondry des Chiens. Het natuurreservaat Les Abannets is een van de mooiste van het land. Bijzonder in het reservaat zijn de 'abannets': diepe kloven uitgesleten door een oeroude zee. Deze wandeling loopt dwars door drie van die abannets, waaronder de Fondry des Chiens, de meest bekende kloof. In deze kloven moet je toch wel goed uitkijken. De naam 'abannet' ontstond in vorige eeuw en herinnert eraan dat deze plaatsen door mens en vee maar beter te vermijden, 'a bannir', waren. Tegenover twee banken en twee vuilnisbakken duik je de kloof in. Je merkt nog een oude rood witte bewegwijzering: lang geleden liep hier een GR-pad naar beneden. Langs de rotsen daal je af tot beneden in de put. Kijk uit naar in de rotsen uitgehakte voetsteunen aan de linkerkant: deze laten toe over een rotsmuurtje te klimmen en aan de andere kant af te dalen in een minder bezochte put. In deze tweede put ga je naar rechts tot je er, helemaal op het einde, weer uit kunt klauteren in de uiterste hoek links. Je komt uit de put op een veel gebruikt pad: naar rechts loopt het langs de rand van de Fondry en naar links loopt het over het kalkgrasland. Straks komen we op dit punt terug om het 60

9 pad naar links te volgen over het kalkgrasland, maar eerst stellen we een ommetje voor naar de Roche Trouée. Ommetje naar de Roche Trouée Steek het veel gebruikte pad schuinrechts over en neem het bewegwijzerd verbindingspad naar de Roche Trouée. Dit pad daalt in de flank van de heuvel af naar de vallei. Beneden ga je door een poortje en volg je naar rechts een pad langs de rand van de akker. Het pad loopt langs de rand van de akker tot bij de bosrand. Hier ga je rechtdoor de heuvel op over een graspad langs de bosrand. Boven sla je rechtsaf en je loopt op de kam van de heuvel. Blijf op deze kam lopen. Het pad loopt na een tijdje het bos in, wordt rotsachtig, en brengt je bij de Roche Trouée. Je kan met wat voorzichtigheid tot op de top klimmen. Daal met de rotsen aan je linkerhand af over een spoor vlak langs de rotsen en wat lager vind je dan het gat in de rots. Kruip erdoor en aan de andere kant sla je linksaf. Zo loop je weer naar boven. Loop langs dezelfde weg terug naar de Fondry des Chiens, tot op het punt waar je uit de putten klauterde. Sla nu rechtsaf in het pad dat over de heuvel met kalkgrasland loopt.

9 doorgang verder maar eerst beklim je de rotsen aan de rechterkant van de doorgang, tot bij het uitzichtpunt op de top van de Roche aux Faucons. Je daalt de rots weer af, gaat tussen de rotsen naar rechts verder en je daalt hier heel steil af, met de rotsen aan je rechterhand. Oppassen voor steenslag hier. Beneden kom je in de weiden langs de Viroin. Loop naar links langs een sparrenbos en je komt bij de rivier. De kortste weg is hier door het water: je moet immers uitkomen bij de spoorwegbrug aan de overkant. Je kan het echter ook droog houden. Loop hiervoor bij het einde van het sparrenbosje over het gras verder langs de bosrand. Je komt bij een rots die tot in het water reikt en zo de doorgang verspert. Deze hindernis moet je omzeilen: vijftien meter voor het begin van de rots zoek je een spoor dat omhoog het bos ingaat. Minder dan vijftien meter ver in het bos, bij een boom met een '12' op een verroest plaatje, sla je rechtsaf. Het spoor klimt in de flank naar de top van de rots, hoog boven het water. Enkele meters verwijderd van de afgrond vind je een doorgang langs bemoste rotsen waarlangs je de rotskam kan oversteken. Hier begint een prachtig smal pad dat eerst langs rotsen en verder in de flank hoog boven de rivier loopt. Het pad eindigt op een ander pad. Rechtsaf hier en bijna onmiddellijk verlaat je dit pad weer: je daalt aan de rechterkant af tot op de spoorweg. Over de spoorweg loop je tot bij de volgende spoorwegbrug, waar je aan de rechterkant kan afdalen, net voor of net na de brug. De natte en de droge wandeling komen hier onder de spoorwegbrug samen. Naar de steengroeve Prosper Loop onder de spoorwegbrug, ga niet het bos in maar volg rechtsaf de brede

Naar de Roche aux Faucons Het pad loopt op de kalkheuvel in de lengterichting en biedt je een mooi uitzicht

weg. Snel kom je voorbij een steengroeve. Ongeveer 750 meter voorbij de

op de vallei. Je komt voorbij enkele kleinere rotsputjes. Blijf rechtdoor gaan, tot

plaats waar rechts een oude betonnen citerne staat. Aan een splitsing hou je

net voorbij een begroeide en grotere put aan je rechterhand net voor het bos. Bij

links en je loopt wat verder naar links een oude steengroeve binnen langs een

groeve neem je links de stijgende bosweg. Deze stijgende weg begint op de

een alleenstaande den loop je nog enkele meters rechtdoor en dan sla je linksaf in een pad langs de rand van een eikenbos. Hou dezelfde richting aan en al snel kom je uit op een bosweg. Rechtsaf. Wat verder neem je aan een splitsing links. Als de weg eindigt voor een groot veld, is er links een pad dat door het bos verder loopt, evenwijdig met het grote veld. Wanneer het pad het bos uitkomt, moet je slechts een klein tipje van een veld oversteken om op een bredere weg te komen: volg hem rechtsaf. De weg wordt snel een mooie grasweg die de laatste jaren steeds meer door de begroeiing ingepalmd wordt. Verder loopt de weg het bos in. Wanneer de weg uiteindelijk links het bos in stijgt, hou je rechts aan en ga je rechtdoor over een smal pad. Dit pad daalt en leidt naar een weide langs de Viroin. Twintig meter voor deze weide moet je linksaf: een stevig stijgend en weinig gebruikt pad. Je steekt een ander pad over en je stijgt verder tot aan de voet van rotsen. Volg naar rechts tot bij een doorgang tussen de rotsen. De wandeling loopt door deze 61

62

9

9 waarschuwend informatiebord voor klimmers. Je komt in een grote kamer met loodrechte wanden. Doorkruis de groeve en aan het einde geraak je aan de rechterkant uit de kamer: een uitgang door een kloofje. Helemaal uit de groeve gekomen vind je rechts een bosweg: volg deze naar rechts. Rechts naast de bosweg kan je even tot aan de bovenrand van een loodrechte muur van de groeve gaan, maar het spreekt voor zich dat je hier geen misstap moet zetten.

Naar de rotsen en de ruïnes van Dourbes Volg verder de bosweg en hou rechts aan. Je komt op een bosweg bij het Croix Sauvage dat herinnert aan een dodelijk ongeval in de steengroeve. Kies hier voor links en je volgt de bosweg die de berg af loopt. Je bent hier vergezeld van de rood-witte tekens van een GR-pad. Beneden loop je even langs de Viroin maar je komt al snel aan het rotsmassiefje van Dourbes. Als er niet teveel begroeiing is, kan je een kruis zien dat bovenop de rotsen staat. Er is hier een uitgekapte weg naar rechts maar jij neemt het smalle pad dat aan de linkerkant van deze weg begint. Groene stippen wijzen de weg. Je komt snel op een ander pad, links zie je een gedenksteen voor Matti. Dit pad steek je over en je volgt een pad dat je vlakbij de klimrotsen brengt. Je loopt onderaan het massiefje verder. Je passeert links een kloofje waarin je naar zou boven zou kunnen, maar je loopt nog wat verder, tot bij het einde van de klimrotsen. Hier ga of kruip je links naar boven, misschien is er in het begin nog een leuning gemaakt van takken. Na wat geklauter sta je op een smal pad. Je volgt dit pad naar links, de minst gebruikte tak. Het smalle spoor brengt je al snel bovenaan de rotsen, wees hier voorzichtig. Kijk uit naar een oranje geschilderde haak in de rotsen, ongeveer vijftien meter hier voorbij moet je rechtsaf slaan in een pad dat op een rotskammetje klimt. Soms is dit paadje bijna dichtgegroeid. Boven komt een ander paadje van rechts en je gaat rechtdoor. Twee zijwegen van rechts stap je voorbij en je komt bij een uitzichtpunt (Haute Roche 197m). Het pad loopt verder het bos in en wat verder sla je met de bewegwijzering linksaf naar beneden. Langs een weide loop je

63

64

9 verder en je bent zo bij de ruïne van Haute Roche. Langs de linkerkant geraak je tot in de ruïne. Onnodig te zeggen dat dit een eersteklas rustplaats is.

Langs abannets terug naar Nismes Loop door de ruïnes richting vallei. Bij het einde van de ruïnes moet je helemaal naar beneden. De kortste weg is zeer steil en je moet hier opletten voor vallende stenen. Een andere, iets minder steile, weg naar beneden vind je door bij het einde van de ruïnes even de oude muur naar rechts te volgen. Je kan dan over de gekapte heuvel rechtdoor gaan naar het bos en dan linksaf, langs de bosrand naar beneden. Beneden kom je op een asfaltwegje. Enkele tientallen meters naar rechts, bij de huisjes linksaf over het graspleintje en even verder weer linksaf, langs een beekje, tot bij de Viroin. Hier is een prima plaats om wat in de rivier te spelen en je kan er meestal zonder problemen door de rivier waden. Voor de basiswandeling waad je hier door de rivier. Aan de overkant rechtdoor. Twee paden rechts neem je niet: eerst een vlak pad dat de rivier volgt en nadien een bosweg die de berg opklimt. Enkele meters voorbij de klimmende bosweg rechts sta je voor een weide: hier sla je linksaf in een pad tussen afsluitingen. Het pad draait verder naar rechts en blijft tussen de afsluitingen van de weiden lopen. Op het einde van het pad is er een voetgangersdoorgang en je staat op een splitsing. Rechtdoor in de veldweg tussen de weiden langs de Viroin links en de beboste heuvel rechts. Wie niet door het water wil volgt na de steile afdaling het asfaltwegje naar links, tot bij een brug over de Viroin. Hier steek je de rivier over en verder, waar de basiswandeling rechts uit een voetgangersdoorgang komt, sla je linksaf in de

9 uitkijken naar een sparrenbosje links in de weide. Ter hoogte van het midden van dit sparrenbos zoek je een waanzinnig steil pad rechts dat de heuvel oploopt. Bij het begin van het pad vind je een witte letter 'T' op een eik rechts van het pad. In het begin is er wat steenslag op dit pad, hogerop vervaagt het pad. Blijf steeds recht omhoog lopen, de rode cijfers op witte achtergrond die je af en toe links en rechts van het pad ziet bevestigen dat je nog op het juiste pad zit. Boven loopt het pad nog even vlak verder en je komt uit op de brede bosweg die over de kam van de heuvel loopt. Je neemt deze bosweg naar links. Verder op deze weg splitst zich links een pad af dat verderop weer met de hoofdweg samenkomt. Enkele meters voorbij de samenkomst van pad en weg kan je even de weg naar rechts verlaten: een pad brengt je bij een mooie abannet, verborgen in het bos. Verder op de kamweg. Je let niet op een grasweg die onze bosweg dwarst. Je komt bij een splitsing van boswegen. Rechts is er een begroeide abannet. Je neemt hier de linkse bosweg, maar honderd meter verder langs de rechtse bosweg is er nog een prachtige abannet te zien. Op de splitsing ga je dus links. De weg is soms zeer modderig en naast de weg werd door de gebruikers een pad gebaand. Op een kruispunt, bij een grasstrook aan de rechterkant, sla linksaf tot bij de bosrand. Je neemt bij de bosrand de weg naar rechts die langs het veld loopt. Prachtig is het hier, vind je niet? Een bewegwijzerd pad komt van rechts uit het bos maar jij gaat verder langs de rand van het veld. De volgende brede zijweg rechts neem je wel. Bij een brede grasstrook rechts komt van rechts een bewegwijzerd pad het bos uit maar je gaat rechtdoor over de halfverharde weg. Aan het einde van het gras ga je op een kruispunt rechtdoor, nu over een asfaltwegje. Bij een infobord over de abannets verlaat je de weg en je slaat linksaf het bos in. De weg komt na 400 meter in grasland en je loopt in dezelfde zuidwestelijke richting verder. Bij een tiental hoge dennen aan je linkerhand dreigt de grasweg je op een asfaltwegje te brengen maar hier ben je te ver: even voor dit asfaltwegje moet je over het gras naar rechts lopen om de rechterrand van een redelijk grote abannet te volgen. Blijf vlak langs de rand van de put lopen en kijk goed uit naar een dipje in het pad bij drie eiken en een steenhoop rechts. Hier moet je links de put induiken, maar loop eerst eventjes door tot bij een uitzichtpunt op het park Nismes. Bij het dipje in het pad duik je dus links de put in, steil naar beneden langs de rotsen. Beneden loop je naar de overkant van de put en je kruipt er aan de andere kant weer uit. Uit de put kom je op een bewegwijzerd wandelpad: rechtsaf. Bij een kruispunt rechtdoor langs de afsluiting. Aan het einde, even voor een hek, rechtsaf in een smal pad. Dit pad brengt je weer in Nismes.

veldweg. Je blijft de vlakke weg volgen die tussen de uitgestrekte weiden langs de Viroin en de beboste heuvel loopt. Bij de ingang van een weide stopt de weg maar je kan verder over een smal pad langs de weiderand. Van op dit pad moet je goed 65

66

10

10 De oude spoorlijn van de Bocq

kilometers over de oude spoorlijn. Als finale trekken we de tunnel van Yvoir door

TOPOGRAFISCHE KAARTEN NGI:

die onder de heuvel van Tricointe loopt. Deze tunnel uit 1906 is 1176 meter lang en verkeert in goede staat. Hij was bekend bij de Duitse opperbevelhebbers: in 1940 diende hij als schuilplaats voor Göring en voor Hitler. Het doortrekken van de tunnel zonder licht geeft een bijzondere ervaring maar het is toch nuttig een zaklamp bij te hebben. Op deze wandeling kan je in het goede seizoen op verschillende plaatsen iets eten en drinken: op het Domaine d’Ahinvaux, waar alles rond natuur en ecologie draait, en in Le Terminus in Bauche. In de tuin van het Institut Notre-Dame de Lourdes biedt de replica van de Lourdesgrot uit 1930 een plaats om te bezinnen maar vooral om uit te rusten en te schuilen.

53/3-4 (1:20.000)

BESCHRIJVING

LENGTE: 14 km VERTREKPUNT: Bij de kerk van Yvoir AANDACHTSPUNTEN: Steile klim op een rotsmassief langs diepe afgronden, een paar moeilijk vindbare en overgroeide paden, steile afdaling langs rotsen over een beveiligd pad, passage door een oude spoorwegtunnel

Naar het rotsmassief 'Le Paradou' Loop tussen de kerk en het gemeentehuis de Rue de l’Hôtel de Ville uit en bij het einde van het plein rechtsaf, de Avenue François de Lhoneux op. Bij het kruispunt Yvoir is een gemeente aan de Maas in de provincie Namen. Vanaf de 14de eeuw was Yvoir een belangrijk centrum van ijzerindustrie. Er zit hier veel ijzererts in de bodem. In het centrum van de gemeente, bij het park, is een oude smeedhamer (een zgn. 'maka') nog steeds een herinnering aan een bloeiend verleden. Vandaag kent Yvoir een belangrijke activiteit in de ontginning van steengroeves. Toeristen zakken vooral af naar Yvoir voor een bezoek aan het 'île d'Yvoir', het enige toeristisch ingerichte eiland van ons land. Van midden april tot eind

met zes straten laat je rechts de Place des Combattants liggen en kies je linksaf de hoofdweg, de Rue Puits du Champs. In de verte zie je de rotsen al liggen, daar gaat het naartoe. Bij het kerkhof gaat de hoofdweg naar links de spoorweg over maar jij gaat rechtdoor in de doodlopende asfaltweg, dit straatje heet Rochers de Fidevoye. Na 600 meter, bij enkele huizen, stopt het asfalt. Je gaat rechtdoor in een smal pad dat vlak langs de spoorweg loopt. Bij een tunneltje onder de spoorweg vervolg je over het pad rechtdoor, het klimgebied Le Paradou in. Bij het begin van de rotsen laat je een stijgend pad rechts liggen en je gaat

september kan je met een bootje vanuit Yvoir het eiland bereiken. Snel na het verlaten van Yvoir komen we in het klimgebied Le Paradou. De rotsen hebben hier een hoogte van 55 meter. Via een alpien pad stijgen we steil langs de rotsen, hier is een vaste pas nodig en hoogtevrees uit den boze. Bij stormweer kan dit gedeelte moeilijk en gevaarlijk zijn. Helemaal boven komen we bij een prachtige rotsboog, die door sommigen vergeleken wordt met de Baousse del Biel uit de Gorges du Tarn. De wandeling verwijdert zich dan van de Maasvallei en trekt naar Tricointe, waarschijnlijk een van de stilste gehuchten van ons land. Via een fantastisch verborgen pad dalen we af naar de vallei van de Bocq. In deze vallei komen we op lijn L128. Deze oude spoorlijn tussen Ciney en Yvoir werd in 1907 afgewerkt. Er moesten 13 bruggen en 5 tunnels aangelegd worden op plaatsen waar de rivier een te scherpe bocht aansneed. In 1960 werd het reizigersverkeer op de lijn afgeschaft en in 1983 reed er de laatste goederentrein.

De

spoorlijn

is

enkelsporig

uitgevoerd

en

werd

nooit

geëlectrificeerd. De sporen en bielzen liggen er nog: deze lijn werd om militaire redenen nooit opgebroken. Tussen Ciney en Purnode rijden in het seizoen 67

terug

toeristische

treinen.

Onze

wandeling

loopt

verschillende

rechtdoor. Het pad loopt vlak tussen de spoorweg en de rotsen. Wanneer het pad begint te stijgen moet je goed opletten: na enkele meters is er rechts een pad met wat trapjes dat langs de rotsen loopt maar je moet enkele meters verder het volgende pad rechts nemen: een pad met treden van boomstammetjes dat zeer sterk stijgt langs de rotsen. Bij een uitzichtpunt moet je naar links, nu zeer steil en vlak langs de rand van de diepe afgrond. Een dalend pad rechts leidt naar een rotspiek, maar jij gaat nog hoger, nu over een smal richelpad. Helemaal boven 68

10

10

kom je bij een mooie rotsboog. Blijf links van de rotsboog en stijg nog wat hoger naar de top van de rotsen. Je komt bij een oud uitzichtpunt beveiligd met een metalen afsluiting. Vanaf hier volg je het pad dat getrouw de rotskam volgt. Zorg dat je niet naar links afdaalt, maar blijf het hoogste pad steeds volgen. Rechts kan je nog naar een uitzichtpunt boven de rotsen. Het prachtige pad is nu omzoomd met bemoste oude stenen. Ten slotte verbreedt het pad en je komt op een kruispunt. Misschien zie je recht voor je tussen de bomen het kasteel van Tricointe. Sla hier rechtsaf over de boordstenen en zoek een oud pad dat zigzaggend afdaalt over stenen en trappen. Beneden, bij een put van de watermaatschappij, begint een vlak pad naar links. Je loopt langs een tweede put. Blijf het vlakke pad steeds volgen tot je het bos uitloopt. Langs Tricointe en Ahinvaux naar de vallei van de Bocq Rechts van een gebouwtje van de waterwinning kan je tussen twee afsluitingen verder. Een trap brengt je op een asfaltweg, volg deze weg even naar links. Minder dan 200 meter verder, net voor het eerste huis, verlaat je de asfaltweg aan de rechterkant. Loop over het gras vlak langs een haag. Bij het einde van de haag vervolg je rechtdoor en bij een volgende haag loop je naast en aan de rechterkant van de haag verder, tussen achtertuinen en weiden. Het pad brengt je op de asfaltweg in het gehucht Tricointe. Sla linksaf over het asfalt en loop door het gehucht. Waar de weg naar links bocht, verlaat je de weg: je kiest rechtsaf een grasweg tussen weiden. De weg biedt je mooie uitzichten en leidt naar een bos. In het bos steek je een beekje over en je kiest onmiddellijk de rechtse bosweg. Deze vlakke weg loopt langs een weide en verder door bos. Bij het begin van een volgend grasland laat je een pad in het bos links liggen en ga je het grasland op. Loop bovenaan verder op dit grasland. Bij het einde van het grasland, in de linker bovenhoek, begint een goede bosweg maar deze neem je niet: je slaat rechtsaf en je loopt nog een paar tientallen meters over het grasland. Bij een electriciteitspaal verlaat je het grasland en je neemt een mooi dalend bospad. Net voor de bosrand sla je rechtsaf en je daalt verder over een smal spoor, evenwijdig met de bosrand. Beneden kom je uit op een berijdbare weg. Linksaf. Deze weg is de toegangsweg naar de Ferme d’Ahinvaux. Wandelaars zijn hier welkom. Net voorbij de hoeve loop je niet verder naar het bos toe maar je neemt bij een waterbak de weg die scherp naar rechts draait. De weg loopt verder door het Domaine d’Ahinvaux en gaat na een tijdje het bos in. Je loopt het domein uit. Laat een bosweg links en twee boswegen rechts liggen. Je loopt het bos uit en je volgt de stevig stijgende grasweg tussen het bos en een weide. Voor de Ferme de Venatte en net voor de weg naar links draait, moet je rechtsaf het bos in. Het bospad dat je moet vinden is weinig gebruikt en vertrekt letterlijk op een paar meter van de bosrand. Het prachtige holle pad daalt. Bij de bosrand draait het pad naar rechts, blijft in het bos en loopt langs de bosrand. Het pad is hol, prachtig en weinig gebruikt door mensen. Je merkt dat dit het terrein is van 69

70

10 dassen en vossen. Bij een oude toegang tot de weide links daalt het pad in dezelfde richting verder, nu door het bos. Bij een zijweg aan de rechterkant ga je rechtdoor en je bent zo helemaal beneden. Loop nog even rechtdoor tot aan de Bocq. Linksaf langs de oever.

10 Bauche, nu restaurant met terras. Langs rotsen terug naar de vallei Verder door het dorp. Bij een splitsing laat je de Chemin d’Harnoy links liggen en bij een volgende splitsing steek je de Bocq over. Bij een kruispunt met een kapelletje van St.-Antoine verlaat je de weg aan de rechterkant: links naast de toegangspoort tot de eigendom met nummer 40 begin een smal pad dat over de heuvelkam een berg opklimt. De doorgang op dit prachtige pad wordt op sommige plaatsen gehinderd door begroeiing en omgevallen bomen. Boven hou je nog even rechts aan in het bos, over een plateau, en dan loop je het bos uit. Je volgt de rechterkant van een parkeerplaats en je daalt over een kapot spoor af naar een gebouwtje van de waterwinning. Ga met je rug naar het gebouwtje en naar de vallei staan en loop rechtuit een smal pad in. Je laat een zijpad rechts liggen, je gaat door een voetgangersdoorgang en je begint zigzaggend aan een volgende klim. Helemaal boven sla je rechtsaf, naar beneden en weer de heuvel af. Beneden volg je een goede bosweg naar links. Je steekt een valleitje over en

Naar Bauche Al snel zie je aan de overkant van de rivier de rijweg onder een brug verdwijnen. Je blijft de rivier volgen. Wanneer de volgende brug, ongeveer 300 meter voorbij de eerste, in het gezicht komt, kijk je uit naar een smal zijspoor links dat even stijgt en dan langs rotsen verder de rivier volgt. Voorbij de brug loop je verder in de gracht tot bij een klein kanaaltje. Hier moet je rechts de helling opklauteren. Zo kom je op de oude spoorweg die je naar links volgt. Niet voor lang echter, reeds na tweehonderd wandelpassen verlaat je de spoorweg en sla je linksaf: je duikt in een put. In de put zie je een tunneltje dat onder de spoorweg loopt. Bij de put begint een smal pad dat ooit verstevigd werd met een stenen muurtje. Dat pad brengt je snel bij een soort betonnen doorgang met rechts een tunneltje. Dit tunneltje is ongeveer een meter hoog en een paar tientallen meters lang. Ga of kruip door dit tunneltje. Aan de andere kant sta je bij de Bocq. Linksaf langs een visserspaadje. Wanneer je rechts een brug over de rivier ziet, moet je links de berm oplopen en de oude spoorweg weer even naar rechts volgen. De spoorweg loopt al snel over een beekje. Na dit beekje moet je de spoorweg verlaten en rechts afdalen over een overgroeid spoor. Je moet dit spoor vinden nog voor de spoorweg over de rijweg loopt. Je laat de Rue de la Bonne Auberge links liggen en je volgt even de rijweg. De weg loopt over de Bocq. Bij het einde van de weide links verlaat je de weg en je slaat linksaf in het Sentier de Natonfosse. Het pad volgt de bosrand langs de weide. Bij het einde van de weide, dicht bij de Bocq, draait het pad naar rechts. Een beetje verder sla je scherp linksaf en je volgt een pad naar de Bocq. Steek de rivier over en volg een pad tussen tuinen. Op het einde links en onmiddellijk rechts. Op het volgende kruispunt volg je de hoofdstraat door Bauche, de Rue de la Bonne Auberge, naar rechts. Je bent zo bij het oude station van Evrehailles71

je gaat rechtdoor. De weg brengt je naar de bosrand. Hier verlaat je het bos en je gaat een smal pad op dat tussen afsluitingen van weiden loopt. Het pad slingert naar een private toegangsweg. Vervolg hier over asfalt tussen een grote akker rechts en weiden links. De weg loopt langs het residentieel park La Gayolle en na de akker is er een weide rechts. Een twintigtal meter voorbij het einde van de weide verlaat je de asfaltweg aan de rechterkant: een pad leidt naar de top van een hoge rots. Enkele meters voor de top kan je aan de linkerkant de rots afdalen. Wat lager ga je naar rechts en je traverseert de rots op een vlak en beveiligd pad dat aan de rand van de afgrond loopt. Aan de andere kant van de rots daal je dan steil af, rechts van en langs de rand van de rots. Onderweg zie je rechts een speleogrot. Wie liever afziet van het pad langs de afgrond, kan enkele meters voor de top van de rots aan de rechterkant van de rots naar beneden glijden. Je komt dan ook op het beveiligde pad dat rechts van en vlak naast de rots afdaalt. Voorbij de speleogrot daalt het pad naar links af naar de voet van de indrukwekkende rots. Hier moet je recht naar beneden over een zigzaggend pad over losliggende stenen. Je moet uitkomen rechts van de Lourdesgrot, waarvan je de achterkant reeds van hoog ziet. Deze grot biedt overigens een uitstekende overdekte rustplaats. Volg aan de Lourdesgrot de Bocq stroomafwaarts. Blijf het oeverpad volgen tot bij de spoorwegbrug. Klim de brug op en volg je de oude spoorweg naar links. Deze spoorweg volg je tot in Yvoir, onderweg loop je onder andere een kilometer lang door de tunnel.

72

11

11 De rotsen van Sy

de buitenwereld afgesloten. Kampeerders en klimmers brengen er bij mooi weer LENGTE: 20 km

leven in de brouwerij.

VERTREKPUNT: In het centrum van Bomal-sur-Ourthe AANDACHTSPUNTEN: korte passage over een trap die langs een rotswand

BESCHRIJVING

loopt, enkele rotskammetjes waar je op een paar punten even kort moet op- en afklimmen, steile klim door een droge beekbedding vol rotsen, lange doortocht

Langs grotten en rotsen naar Ozo

door een kloofje vol rotsen, spoorzoeken naar het prachtige uitzichtpunt bovenop

Met de kerk aan je linkerhand stijg je over asfalt het dorp uit. Je loopt langs het

de Rocher des Vignobles waar je 60 meter boven de Ourthe staat en waar je

kasteel van Bomal en je laat een weg links liggen. Je slaat wel af in de eerste

maar beter voorzichtig bent, steile afdaling op het einde van op de Calvarie

rechtse zijweg, langs de kasteelmuur. Tussen de eerste buitenverblijven verlaat

boven Bomal

je de weg en je neemt de bosweg aan de rechterkant van de weg. Deze draait

TOPOGRAFISCHE KAARTEN NGI: 49/5-6 (1:25.000)

verderop naar links en loopt hoog in de flank van de Aisne verder. Dat riviertje loopt rechts beneden je. Het pad brengt je bij de Trou des Nutons, een mooie grot langs de linkerkant van het pad. Uiteraard ga je er even rondneuzen. Volg nadien het pad verder en hou rechts aan. Vervolgens sla je rechts af in een dalend en hol pad. Je daalt niet tot bij de Aisne maar je slaat op het volgend kruispunt linksaf. Het pad loopt langs en zelfs een keertje door de rotsen. Op het einde stijgt het pad over een trap langs de rotswand en draait dan naar links, weg van de vallei. Hier verlaat je het pad en je slaat linksaf: een minder gebruikt spoor stijgt over de kam naar boven. Je negeert alle dwarspaden en je blijft steeds maar stijgen. Vanzelf kom je boven bij de Belvédère. Je kijkt er neer op de Aisnevallei en op Bomal. Met de rug naar de vallei loop je naar het asfaltwegje dat je naar rechts volgt. Als het asfalt plaats maakt voor kiezels, moet je rechtsaf slaan in een mooi bospad. Maar loop eerst nog even door op de kiezelweg, tot op een gezellig plein in het bos met twee oude en majestueuze linden en enkele banken erbij. Als je terugkomt van de linden neem je dus het bospad links. Net voor het pad begint

Elke zondagvoormiddag trekt `la Petite Batte’, de markt in Bomal, duizenden bezoekers. Walen, Vlamingen en Nederlanders mengen zich dan rond de vele kraampjes en geven het dorp een zeer levendig karakter. Vanaf 11 uur schenkt men het plaatselijk aperitief op basis van sinaasappelsap. Men drinkt deze `truc’ onder de kastanjelaar op het belangrijkste kruispunt in het dorp. Je zal op zondagvoormiddag moeilijk een parkeerplaats in Bomal kunnen vinden. Gelukkig stopt de trein ook in het dorp: Bomal-sur-Ourthe ligt op de spoorlijn van Luik naar Marloie. Deze lijn biedt vele mogelijkheden om dagtochten te maken in de vallei van de Ourthe. Ook in Sy, een gehucht op onze wandeling, is er een halte en zo kan je de wandeling inkorten indien je dat wenst. Deze wandeling loopt langs vele grotten en rotsen. Deze bevinden zich rond Bomal en rond Sy. De westelijke en oostelijke verbindingen op deze wandelroute lopen kilometers door uitgestrekte velden en door de uitzonderlijk stille gehuchten Herbet en Ozo, waar zich originele overnachtingsplaatsen in boerderijen bevinden. Onderweg bieden de Ferme de Palogne en de horeca in Sy ruime mogelijkheden tot een rustpauze met eten en drinken. Het gehucht Sy wordt door de Ourthe van 73

te dalen, kijk je uit naar een minder gebruikt pad aan de rechterkant. Dat pad neem je. Het is minder gebruikt en volgt de rotskam. Even moet je gemakkelijk afklimmen over de rotsen en dan daalt het pad steil door het bos naar een brede dwarsweg. Aan de overkant van de weg zie je de Grotte du Coléoptère, daar loop je heen. Grotte du Coléoptère Wetenschappers van over heel de wereld deden hier in de twintigste eeuw zoveel interessante vondsten, dat deze grot tot de belangrijkste van ons land gerekend wordt. De grot werd genoemd naar een gepolijst ivoren voorwerp dat men er vond. Tegenwoordig denkt men dat dit voorwerp geen kever voorstelt, maar vermoedt men dat het gaat om een vrouwelijk sexsymbool uit de prehistorie. Ook de roofvogels die deze grot in de loop der tijden als schuilplaats gebruikten, lieten met hun etensresten en uitwerpselen een schat aan informatie achter. Rechts van de grot loopt een spoor langs de rotsen naar boven. Het brengt je op een calvarieberg. Met de rug naar de vallei loop je nu het bos in en je volgt een pad dat langs afsluitingen op de kam loopt. Voorbij de afsluitingen loopt het pad 74

11

11 nog een hele tijd op de kam verder door het bos. Het pad eindigt op een berijdbare weg, deze volg je naar rechts. Eerst loop je langs de bosrand en nadien tussen weiden. Bij een andere berijdbare weg sla je linksaf, tot in het gehucht Ozo. Bij het begin van de bebouwing kan je de geitenboerderij bezoeken. Naar de Ferme de Palogne Hou bij het pleintje links aan en volg de hoofdweg door het gehucht. Je wandelt langs de kerk. Voorbij de bebouwde kom sla je linksaf in een kiezelweg. Deze weg slingert tussen akkers en weiden en brengt je na een kilometer op een rijweg. Aan de overkant van de rijweg ga je een volgende kiezelweg op. Op een kruispunt in het bos ga je rechtdoor en je loopt het bos uit. Je negeert twee zijwegen links en je volgt altijd dezelfde weg rechtdoor, tussen akkers. Bij een dwarsweg ga je rechtdoor een weide in en je doorkruist de weide. Bij de bosrand verlaat je de weide en je gaat een bospad op. Aan een hek hou je rechts aan. Het pad loopt even langs grasland en bij het einde van het grasland draait het pad naar links en daalt in de flank af naar een verkeersweg. Aan de overkant van de weg vind je een pad dat afdaalt naar de vallei van de Lembrée. Volg het pad naar links en je komt snel tussen buitenhuisjes. Op een asfaltwegje ga je enkele meters naar links en dan sla je scherp rechtsaf, een uitgehakt pad dat in de flank stijgt naar de ruïnes van het kasteel van Logne. Ruïnes van het kasteel van Logne Het kasteel werd in de twaalfde eeuw gebouwd door de monniken van Stavelot en was het centrum van het graafschap Logne. In de vijfiende eeuw kwam het in handen van de beruchte familie de la Marck, die er hun roversnest van maakte en van hieruit de omgeving onveilig maakte. In 1521 werd de burcht op bevel van Karel V vernietigd en de stenen werden grotendeels gebruikt om de dorpen in het dal te heropbouwen. De burcht beschikt over een uitgebreid gangenstelsel waar volgens de legende een Gouden Geit de goed verborgen schat bewaart. Alleen op midzomernacht is het mogelijk de schat te vinden, maar de zoeker moet zich dan wel in de donkere gangen wagen. Velen hebben al geprobeerd om de schat te vinden, een brave pastoor was zelfs bereid om hiervoor de hulp van de Duivel in te roepen. Deze hebzucht kostte de pastoor zijn ambt. De ruïnes kunnen buiten de winter bezocht worden en bieden een prachtig uitzicht op de omgeving. Slechts even volg je de toegangsweg tot de ruïnes naar rechts: snel sla je linksaf in een stijgende weg. Waar deze weg naar links bocht, neem je aan de rechterkant een smal paadje door het bos. Neem het eerste zijspoor rechts: dit onzekere spoor daalt af in de flank en brengt je weer op de brede toegangsweg tot de ruïnes. Hier kan je een van de vele doorsteekjes gebruiken die afdalen en je opnieuw op de toegangsweg brengen. Je volgt de brede weg tot bij de Ferme de Palogne.

75

76

11 Naar de rotsen van Sy Bij het verlaten van het domein laat je de voetgangersbrug over de Ourthe links liggen maar je steekt wat verder wel de Lembrée over. Voorbij de brug, bij het einde van een muurtje, verlaat je de weg en je neemt een pad naar links. Het pad loopt naar de Ourthe en stijgt dan in de flank boven de rivier. Je laat een stijgend zijpad rechts liggen en je loopt in de flank verder, min of meer op gelijke hoogte boven de rivier. Het pad daalt dan af naar de rivier en brengt je bij een mooi plaatsje aan het water. Maar je moet niet zover: nog voor je helemaal beneden bent, moet je rechts een droge beekvallei opgaan. De vallei ligt vol rotsen en de te volgen weg wijst zichzelf uit, die belachelijke gele pijlen zijn totaal overbodig. Boven kom je uit op het bekende `Sentier des Crêtes’ dat je naar links volgt. Op een splitsing hou je links aan en verder, langs een weide, rechts. Bij het einde van de weide neem je niet het rechts pad, maar je gaat rechtdoor, tot op een rijweg. Je volgt deze rijweg naar links en je telt veertig wandelpassen: hier moet je straks een stevig dalend pad opgaan maar loop eerst nog even door op de rijweg, tot bij een bankje en een weide. Hier vind je namelijk aan de linkerkant van de weg een pad waarlangs je tot op de top van een hoge rots kan klimmen. Leuke plek. Na de beklimming van de rots keer je terug naar de weg en het bankje, je volgt de weg naar rechts en daalt dus nu wel aan de linkerkant af over het steile pad. Het brengt je snel bij een lager deel van de rijweg. Steek schuinlinks over en sla rechtsaf in een pad dat een beekvalleitje inloopt. Let op: het pad dat je moet nemen vertrekt net voor het brugje onder de rijweg. Je volgt dit kloofje meer dan een kilometer, tot net voor een weide met een tentzeil erin. Onder het zeil staan banken en tafels en je mag er vrij gebruik van maken, een uitstekend initiatief. Maar dat is voor straks, eerst moet je de weg zoeken naar de Roche des Vignobles. Net voor de weide en nog in het bos sla je rechtsaf in een stijgend pad. Het pad blijft links van een eenzame rots in het bos. Boven draai je mee naar links en je stijgt nog verder. Op het hoogste punt laat je een grasweg rechts liggen en je gaat rechtdoor over het weinig gebruikte pad. Het pad leidt naar een kam, waarschijnlijk kom je op de kam in de omgeving van een beuk met namen erin gekerft. Linksaf over de kam. Wat verder moet je goed uitkijken: je moet rechts aanhouden en een smal spoor volgen dat door het bos slingert. Je komt bij de Rocher des Vignobles: loop door tot op het einde van deze prachtige rots. 77

11 Je moet nu afdalen naar de Ourthe en dat kan op verschillende manieren. Een ervan is de volgende: loop terug richting bos en neem het eerste zijpad links, sla snel weer linksaf, daal steil af en loop links naar het pad dat vlak langs de rots daalt. Beneden volg je het oeverpad naar links. Verschillende zijsporen links brengen je bij rotsen en grotten. Langs de oever loop je door, tot bij de overdekte picknickplaats onder het tentzeil. Enkele meters voorbij de picknickplaats kom je bij de Rocher de la Vierge, klimrots van moeder Maria. Hier verlaat je de oever: links van de rots kan je naar boven. Misschien hangt er nog wel een touw dat je kan helpen. Of niet. Boven kan je rechts even tot op de top van de rots lopen. Voor het vervolg van de route klim je nog verder, op de kam en over de rotsen. Over een bospaadje stijg je tot bij de bosrand. Langs de rand van een tuin kom je op een straatje. Rechtsaf en wat verder links, een paadje langs tuinen. Je daalt over de weg af naar Sy, tegenover nummer 24 kan je nog een paadje nemen. Bij de spoorwegbrug slaat onze wandeling linksaf in een pad, maar waarschijnlijk blijf je hier eerst even rondhangen. Voorbij de spoorwegbrug vind je nog verschillende zaken bij het water. Langs Herbet naar de calvarie boven Bomal-sur-Ourthe Je steekt de Ourthe over en je slaat aan de andere kant rechtsaf. Even volg je de weg maar je neemt het eerste zijpad links. Dat pad stijgt in de flank van de heuvel en brengt je op een asfaltwegje. Linksaf en stijgen. Mooie uitzichten, onder andere op het kerkje van Verlaine-sur-Ourthe. Op de splitsing sla je linksaf en wat verder, bij een kruis, rechtsaf. Een verharde grasweg brengt je op een volgende asfaltweg. Deze volg je naar links, langs een bank en een pompstation, en je laat de dreef naar het kerkhof rechts liggen. Voorbij de bebouwde kom van Verlaine neem je op de top rechtsaf, een vlakke brede bosweg. In een flauwe bocht verlaat je de weg en je gaat rechtdoor in een smal bospad. Op een breder pad ga je rechtdoor, het pad brengt je bij de bosrand. Je steekt het grasland over en aan de andere kant loopt het pad even door het bos, dan langs de rand van een weide en verder stijg je tussen weiden. De uitzichten zijn hier grandioos. Je komt uit op een asfaltwegje dat je een kleine 900 meter volgt, tot in Herbet, een gehucht dat volledig door de grote boerderij beheerst wordt. Bij de gite sla je linksaf in een asfaltwegje en bij het laatste huis kan je rechtdoor een graspad opgaan. Dit mooie pad loopt het bos in. Altijd rechtdoor, ook op het einde, en je komt uit bij het kruis op de Calvarieberg boven Bomal. Je kan nog even doorlopen tot op de top van de rotsen maar afdalen doe je langs een pad dat bij de bank naast het kruis begint. Beneden kom je bij een grot. Ga onder de spoorweg door via een tunneltje en volg het pad naast de Ourthe tot in Bomal.

12

12 De wilde vallei van de Hermeton BESCHRIJVING LENGTE: 13 of 18 km VERTREKPUNT: Aan de kerk van het dorp Hermeton-sur-Meuse, aan de grote

Naar de Tienne d'Enfer

baan langs de Maas tussen Dinant en Givet

Via de Ruelle Les Biaulx langs de speeltuin kom je in de Rue de Dinant. Deze daal

AANDACHTSPUNTEN: Op de korte wandeling moet je de Hermeton doorwaden.

je verder af. Je komt voorbij het Café de la Vallée. Voorbij de brug over de

TOPOGRAFISCHE KAARTEN NGI: 53/7-8 (1:20.000)

loop je rechtdoor. Bij de oude molen van de Hermeton verdwijnt het asfalt.

Hermeton sla je links af, in de `Vallée de l'Hermeton.’ Aan de nabije splitsing Voorlopig zijn er nog weiden tussen jou en de rivier. Je loopt voorbij een brug en je volgt de rivier verder. Pont Georgine Je bent hier aan de `Pont Georgine.’ De brug werd genoemd naar de uitbaatster van een houten drankhuis dat hier vroeger stond en waar jagers, boswachters en wandelaars samenkwamen. Nu is er een limnigrafisch meetstation. Misschien kan je nog `sentier touristique’ lezen op een oud verroest bordje. Hier begint inderdaad het mooie pad langs de linkeroever. Ongeveer vier kilometer voorbij de monding kom je bij de ruisseau de Flinri, die hier in de Hermeton uitmondt. Net voor het beekje moet je even de het oeverpad verlaten: een pad loopt op een kam omhoog en brengt je na enkele minuten bij

De Hermeton is slechts 25 kilometer lang en is de eerste Belgische bijrivier van

een uitzichtpunt.

de Maas vanaf het zuiden. Bij het dorp Hermeton-sur-Meuse mondt de Hermeton uit in de Maas. De vallei wordt door fijnproevers terecht gewaardeerd omwille

Tienne d'Enfer

van de absolute rust en het ontbreken van menselijk ingrijpen. Tot voor enkele

Dit uitzichtpunt, het enige op deze

tientallen jaren kon men alleen ’s zomers door de vallei trekken: alleen dan

wandeling, bevindt zich op een rots op de heuvel

waren de doorwaadbare plaatsen en de takkenbruggen bruikbaar. Vandaag

die `Tienne d'enfer’ genoemd wordt. De rots is

bestaat er een mooi pad dat kilometers lang langs de linkeroever loopt. Het pad

omgeven door eiken en, als deze het toelaten,

loopt hier en daar over de rotsen en is op enkele plaatsen steil. Een paar

kijk je van hier neer op de mooie vallei van de

afdalingen zijn beveiligd met een touw. Bij een natte ondergrond kunnen deze

Hermeton.

touwen nuttig blijken. Na zwaar stormweer zorgen omgevallen bomen er soms

Blaimont ontwaren dat aan de andere kant van

voor dat de vallei volledig ontoegankelijk wordt. Dit was onder andere het geval

de Maas ligt.

Misschien

kan

je

zelfs

het

dorp

in het voorjaar van 2011, bij het voorbereiden van deze wandeling. Er zijn hier slechts beperkte mogelijkheden om een luswandeling te maken: de

Terug naar beneden langs het kampad en verder langs de rivier. Het pad gaat

geel bewegwijzerde `promenade de l'Hermeton’ volgt de oever meer dan 10

wat verder steil de hoogte in: een rots verspert immers de doorgang langs de

kilometer rivier van monding tot in Soulme en keert noodgedwongen langs

rivier. Je moet helemaal naar boven, onderweg krijg je een mooi uitzicht op de

dezelfde weg terug. Toeristische gidsen uit de jaren 1930 suggereerden de

beboste hellingen. Boven even naar links en bijna onmiddellijk weer linksaf,

wandelaar om door te stappen tot Romedenne en daar de trein terug te nemen

terug naar beneden, samen met de GR-aanduidingen. Touwen helpen je. Je komt

naar Hastière, maar treinen rijden er vandaag al lang niet meer. Onze wandeling

weer beneden aan de Hermeton en je volgt verder het oeverpad, nu gemakkelijk.

keert terug naar Hermeton-sur-Meuse langs de mooie ruisseau de Soumiée en

Je moet de rivier nog ongeveer 1700 meter verder volgen, tot bij overblijfselen

langs mooie boswegen.

van een bakstenen gebouwtje. Bij deze overblijfselen begint het pad te stijgen,

Wandelaars die niet door het water willen, of die de vallei liever nog wat verder

maar net ervoor sla je linksaf en je daalt af tot bij de rivier. Tenzij je kiest voor

willen volgen, of die gewoon een langere wandeling willen, kiezen voor de

de lange wandeling, deze blijft rechts van het gebouwtje en volgt het stijgend

langere variant van deze wandeling.

pad. Aan de overkant van de Hermeton komen de lange en de korte wandeling straks weer samen.

79

80

12

12 De rivieroversteek Voor de korte basiswandeling loop je dus tussen de begroeiing langs de oever met het gebouwtje aan je rechterhand. Even verder loopt het spoor dood in de rivier. Aan de overkant zie je de monding van een beek, de ruisseau de Soumiée. Hier moet je door de rivier, en je richt je op de monding van de beek aan de overkant. Weer uit het water hou je de beek aan je rechterhand, tot deze beek over een weinig gebruikte weg stroomt. Het beekje over en je staat in een bocht van een meer gebruikte bosweg. De lange wandeling komt langs deze brede bosweg weer aansluiten en voor het vervolg sla je linksaf, langs de beek. Langs beken en bossen terug naar het eindpunt De lange en de korte wandeling lopen weer samen en volgen de weg langs de ruisseau de Soumiée in de brede vallei. Verschillende keren komt de beek zomaar over de weg stromen. Een keer is er een weg links waar je niet op let. Na bijna anderhalve kilometer langs de beek, op een splitsing van boswegen, laat je een weg links liggen en volg je de hoofdweg waar de beek door een soort betonnen buis onderdoor loopt. De weg stijgt langs een smalle strook naaldbomen aan de linkerkant. Op het volgende kruispunt, net voorbij het einde van de naaldbomen links, ga je linksaf en enkele meters verder opnieuw linksaf. De weg loopt onmiddellijk opnieuw over de beek en begint dan te stijgen. Deze prachtige weg, waarin de rotsige ondergrond bloot zit, blijft maar stijgen door het bos. Je let niet op zijwegen en op grasstroken die door de jagers vrijgehouden worden. Bijna helemaal boven loopt de weg langs een enorm veld. Nog even het bos in en dan kom je op een asfaltwegje. Volg het asfaltwegje naar rechts. Na zowat 200 meter is er links een valleitje. Hier was vroeger een pad door een sparrenbos maar sinds het bos in 2007 gekapt werd is de doorgang bijna onmogelijk geworden. Volg dus het asfalt verder tot bij de Ferme des Onches. Voorbij de hoeve sla je linksaf, een brede kiezelweg die naar het bos leidt en afdaalt naar Hermeton-sur-Meuse. De langere wandeling Kies je voor de lange wandeling, dan laat je dus het gebouwtje en de rivier links liggen en je volgt het rood wit bewegwijzerde pad, dat even stijgt. Op de splitsing wat verder sla je linksaf en je daalt weer af. De rivier zie je pas na een hele tijd terug. Anderhalve kilometer voorbij het bakstenen gebouwtje kom je aan een brug van baksteen en beton. Pont Christine Deze brug is de eerste brug stroomafwaarts en bevindt zich op 8 kilometer voorbij de monding. Wij noemden deze brug naar de naam `Christine’ die je ergens in het beton kan terugvinden.

81

82

12 Je steekt de rivier over via de Pont Christine en je neemt de stijgende grasweg door het bos. Je blijft dit pad volgen en je let niet op onduidelijke zijwegen. Boven laat je een grasweg rechts liggen en je loopt het bos uit. Je loopt nu aan de rand van een groot veld. Bij een kapelletje van N.D. De Walcourt met een stenen bankje ga je rechtdoor, over de brede keienweg langs een volgend veld. Even loopt er een andere weg rechts langs de jouwe maar die neem je niet. Op het einde van de veldweg zie je rechts het dorp Gochenée liggen, maar je slaat hier linksaf in een andere wel zeer brede veldweg. Rechts een mooi uitzicht. Voorbij het hoogste punt daalt de weg weer in de richting van het bos. In het bos draai je met de hoofdweg mee naar links en op de volgende splitsing sla je rechtsaf. Wanneer je weer op niveau van de Hermeton komt, bij de ruisseau de Soumiée, sla je rechtsaf. Je bent hier weer op de kortere wandeling.

View more...

Comments

Copyright ©2017 KUPDF Inc.
SUPPORT KUPDF